Lokaal Bestuur
Ineens ging het snel: op Brabant na hebben alle provincies deze zomer een nieuwe college

Maandenlang wachten we gespannen af, maar nadat Limburg vorige maand aankondigde een coalitieakkoord gesloten te hebben, ging het snel. De onderhandelingen waren een lang en moeizaam proces, maar inmiddels hebben tien van de twaalf provincies de coalitieakkoorden gepresenteerd. En in Fryslân doen ze dat volgende week.


Zoals bekend behaalde de BBB afgelopen maart een klinkende overwinning. De partij werd in alle provincies de grootste en nam het voortouw in de onderhandelingen. De BBB had zich goed voorbereid, in vrijwel alle provincies stonden de informateurs al in de coulissen. De verwachtingen waren hooggespannen. Wat zou deze nieuwe politieke realiteit betekenen voor de stikstofdoelen, de natuur en de boeren?

Coalitiedeelname PvdA

De PvdA zat voor de verkiezingen in alle twaalf de provincies in de coalitie, met een eigen gedeputeerde. Dat het moeilijk zou zijn om dat resultaat te evenaren, was dus duidelijk. Nu doen we mee in acht provincies. Een minder resultaat dan de vorige periode, maar een beter resultaat dan in de periode 2015-2019, toen we aan zeven provinciale coalities deelnamen. Alleen de BBB en VVD doen de komende periode – zoals het er nu naar uitziet – in meer provincies mee, namelijk tien. De SP maakt een comeback: in de vorige periode zat ze nergens in de coalitie, nu in twee provincies.

In acht provincies in de coalitie

De PvdA doet in acht provincies mee aan de coalitie.

Limburg

Limburg was er als eerste uit. Op 9 juni werd het akkoord gepresenteerd en op 23 juni werden de gedeputeerden geïnstalleerd. De coalitie wordt gevormd door BBB, VVD, CDA, SP en PvdA. De BBB levert twee gedeputeerden, de andere coalitiepartijen elk één.

Jasper Kuntzelaers is namens de PvdA gedeputeerde en is verantwoordelijk voor cultuur & erfgoed, mobiliteit en landbouw. Hij neemt het stokje over van Lia Roefs, die in de vorige periode namens de PvdA gedeputeerde was in het extraparlementaire college. In dat college zaten ook gedeputeerden van CDA, GroenLinks, Lokaal-Limburg, VVD en D66.

Het oorspronkelijke extraparlementaire college dat in 2019 werd gevormd – bestaande uit VVD, FvD, Lokaal Limburg, PVV, CDA en een partijloze gedeputeerde die eerder actief was voor GroenLinks – haalde de eindstreep niet. In april 2021 stapte het gehele college inclusief de CdK op vanwege een integriteitsschandaal.

Zuid-Holland

In 2019 duurde het tot in september, nu had Zuid-Holland het coalitieakkoord al op 19 juni af, installatie van de gedeputeerden volgde op 5 juli. BBB, VVD, GroenLinks, CDA en PvdA vormen de coalitie. ChristenUnie-SGP, in de vorige periode goed voor een plek in de coalitie, mag zich opmaken voor de oppositie.

Anne Koning gaat namens de PvdA door als gedeputeerde, met wonen, ruimtelijke ordening, toerisme, recreatie en sport en verstedelijkingsbeleid in de portefeuille. De BBB en VVD leveren elk twee gedeputeerden. CDA en GroenLinks leveren net als de PvdA één gedeputeerde.

Groningen

Eind juni presenteerde Groningen het nieuwe coalitieakkoord tussen BBB, Groninger Belang, ChristenUnie en PvdA. Tjeerd van Dekken gaat door als gedeputeerde namens de PvdA. Hij is onder andere verantwoordelijk voor arbeidsmarkt en werkgelegenheid, scholing en onderwijs, leefbaarheid en brede welvaart, wonen, kunst en cultuur, digitalisering en milieu. Ook de andere coalitiepartijen leveren één gedeputeerde. Daarnaast is er een partijloze gedeputeerde: Susan Top (voorheen actief bij het Groninger Gasberaad).

De samenstelling van de coalitie is flink anders dan in de vorige periode. PvdA en CU zijn de enige twee partijen uit die coalitie die er nu weer bij zijn. De toenmalige coalitiegenoten CDA, D66, GroenLinks en VVD zijn naar de oppositie verwezen.

Utrecht

Een eerste poging van de BBB om een coalitie te vormen mislukte, waarna GroenLinks (in zetelaantal even groot als de BBB) en de VVD het voortouw namen. Zij smeedden een coalitie van GL, VVD, D66, CDA en PvdA. Bijna een doorstart van de coalitie uit de vorige periode, met als enige verschil dat de ChristenUnie werd ingeruild voor de VVD. Het akkoord werd op 5 juli gepresenteerd.

Alle partijen leveren één gedeputeerde. Rob van Muilekom gaat door als bestuurder namens de PvdA, met wonen, cultuur en erfgoed, recreatie en toerisme, arbeidsmarkt en onderwijs en de vitale samenleving als portefeuille.

Overijssel

Overijssel heeft de komende vier jaar een brede coalitie van BBB, VVD, GroenLinks, SGP en PvdA. Niet de meest voor de hand liggende coalitie, maar toch zijn de partijen het eens geworden. GL en de BBB treden toe tot de coalitie, terwijl CU en CDA er uit gaan.

De BBB levert twee gedeputeerden, de andere partijen elk één. Namens de PvdA is dit Tijs de Bree, die in de vorige periode ook gedeputeerde was. In zijn portefeuille heeft hij onder andere financiën, energietransitie, sociaal, deelnemingenbeleid, cultuur en evenementen en milieu en omgevingsdiensten.

Drenthe

In Drenthe trekken BBB, VVD, CDA en PvdA de kar de komende jaren. Voor CU en GL is in deze periode geen plek meer in het bestuur. De BBB schuift met twee bestuurders aan, de andere partijen elk met één.

Voor de PvdA neemt Yvonne Turenhout het stokje over van Nelleke Vedelaar. In haar portefeuille heeft Yvonne RO, wonen, sociale agenda en vitaal platteland, dorpsvernieuwing en regionale kernen, zorg en welzijn en P&O.

Noord-Holland

De vier grootste partijen, BBB, VVD, GL en PvdA, vormen de coalitie in Noord-Holland. D66 is verwezen naar de oppositie. Met slechts vier gedeputeerden – één per partij – krijgt Noord-Holland het kleinste college. Jeroen Olthof gaat door als gedeputeerde voor de PvdA. Hij mag zich de komende jaren bezig houden met mobiliteit, OV-knooppunten, voorzieningen, leerbaarheid en milieu.  

Noord-Brabant

De vier grootste partijen, BBB, VVD, GL en PvdA leken eruit. Het akkoord was af en de datum voor de presentatie was al gepland, maar toch ging het nog mis in Brabant. De BBB trok zich op het laatste moment terug, voornamelijk vanwege de stallendeadline: de afspraak dat alle stallen voor 1 januari 2024 een emissiearme vloer moeten hebben.

Nieuwe onderhandelingen zijn van start gegaan, maar de BBB staat buiten spel. VVD, GL, PvdA, D66, SP, en Lokaal Brabant gaan proberen de komende periode een coalitie te vormen. Er wordt nog druk onderhandeld. Het CDA was in de vorige periode goed voor een plek in de coalitie, maar praat nu niet mee. SP en Lokaal Brabant schuiven juist vanuit de oppositie aan. Het duurt zeker tot na het reces voor er een nieuwe coalitie is.

Voor Brabant is het hopen op een rustigere bestuursperiode dan in 2019-2023, toen er maar liefst drie coalities waren. Er werd gestart met een coalitie van VVD, D66, PvdA, GroenLinks en CDA. Die coalitie viel al eind december, toen het CDA er vanwege haar landbouwstandpunt uit stapte. Vervolgens trad in mei 2020 een coalitie van VVD, CDA, FvD en Lokaal Brabant aan. Ook deze coalitie was geen lang leven beschoren, in mei 2021 klapte de boel. FvD implodeerde en Brabant kon weer op zoek naar een nieuwe coalitie. Die werd gevormd door VVD, D66, PvdA, GL en CDA en haalde de eindstreep wel.

In vier provincies in de oppositie

In vier provincies keert de PvdA niet meer terug in de coalitie.

Gelderland

Gelderland had als tweede provincie het akkoord af. Zowel PvdA als GroenLinks gaan van de coalitie naar de oppositie. De partijen hielden elkaar vast in de verkennende gesprekken, maar werden door het conservatieve rechtse blok buitenspel gezet.

De komende vier jaar moet Gelderland het doen met een coalitie van BBB, VVD, CDA, SGP en CU. De BBB en SGP zijn nieuwkomers in de coalitie. De boeren leven twee gedeputeerden, de andere partijen allemaal één.

Flevoland

Je hebt rechtse coalities en dan heb je Flevoland. GroenLinks en de PvdA voerden samen campagne voor een groen en sociaal Flevoland en hielden elkaar vast in de onderhandelingen. Na de eerste verkennende gesprekken, die niet eens over de inhoud gingen, werd de linkse wolk afgeserveerd.

Op 16 juni werd het akkoord tussen BBB, VVD, CU, PVV en SGP gepresenteerd. Ook hier levert de BBB twee gedeputeerden en de andere partijen één. GroenLinks, CDA, D66 en PvdA zaten de vorige periode (samen met VVD en CU) in de coalitie. De komende jaren mogen ze oppositie voeren.

Zeeland

Op dezelfde dag als Flevoland, presenteerde ook Zeeland het coalitieakkoord tussen BBB, SGP, CDA en VVD. BBB schuift aan met twee gedeputeerden, de andere partijen leveren elk één gedeputeerde. PvdA-GL (in Zeeland werd met een gezamenlijke lijst meegedaan) is de tweede partij in de provincie, maar kwam niet voor in het advies van de verkenner en stond daardoor meteen buiten spel. De PvdA zat vanaf 2011 onafgebroken in de coalitie, GL maakte deel uit van de oppositie.

Fryslân

De beoogde coalitie van BBD, CDA, CU en PvdA was eruit, toen de PvdA zich op het allerlaatste terugtrok. De bezuinigingen op cultuur en natuur gingen te ver. De plek aan de onderhandelingstafel werd ingenomen door de Fryske Nasjonale Partij. De PvdA mag zich opmaken voor een periode in de oppositie. CDA, CU en FNP maakten de vorige periode al deel uit van de coalitie. BBB is de enige nieuwkomer. Op donderdagavond 6 juli bereikten de partijen een akkoord, dat op 13 juli wordt gepresenteerd.

Wie werkt met wie samen

De coalities in de provincies zijn erg divers. Soms is er gekozen voor een coalitie door het midden, soms voor kneiterrechts en conservatief. Hoewel het niet direct voor de hand ligt, werken de BBB, PvdA en GL in een aantal coalities met elkaar samen.

De BBB gaat landelijk niet altijd goed met de VVD door een deur, maar in de provincies werken de partijen in acht van de tien gevallen met elkaar samen. De andere favoriete samenwerkingspartners van de BBB zijn CDA en PvdA (beide zes keer).

De partij waar de PvdA het meeste mee samenwerkt, is de VVD (zeven keer). Opmerkelijk is wel dat de PvdA vaker samenwerkt met die partij en met de BBB (zes keer) dan met GroenLinks (vijf keer). Na de verkiezingscampagne met de nadruk op de linkse samenwerking pakt de praktijk in sommige provincies toch anders uit. De PvdA stapte zonder GroenLinks in coalities, bijvoorbeeld om te voorkomen dat er een geheel rechtse coalitie werd gevormd. GroenLinks is alleen in coalities gestapt, als de PvdA er ook in zit.

Lange onderhandelingen

Er was nogal wat te bespreken aan de onderhandelingstafel. Denk aan stikstof, onteigening en duurzaamheid. Dat in combinatie met een politiek landschap dat er heel anders uitziet, leidde tot lange onderhandelingen. Waar vier jaar terug Drenthe en Groningen al 70 dagen na de verkiezingen hun nieuwe college installeerde, duurde het nu veel langer.

Limburg had als eerste het coalitieakkoord af, maar Flevoland had de primeur door 98 dagen na de verkiezingen als eerste provincie de nieuwe gedeputeerden te benoemen. Ook Limburg, Gelderland en Zeeland wisten in juni het nieuwe college te installeren. Vier jaar geleden hadden tien provincies in juni al een nieuw college, alleen in Flevoland (juli) en Zuid-Holland (september) duurde het langer.

Stikstof, gedwongen uitkoop, energie en de wolf

De landelijke politiek hield de onderhandelingen met grote belangstelling in de gaten. Na een ternauwernood vermeden kabinetscrisis over het stikstofbeleid in het regeerakkoord, besloten de kabinetspartijen uiteindelijk om het stikstofbeleid te pauzeren, in afwachting van de nieuwe provinciebesturen, die, in de woorden van premier Rutte, moeten versnellen. Dat zorgde voor verwarring in de provincies, want die wachten juist op duidelijkheid vanuit de landelijke politiek voor hun eigen beleid. De akkoorden die er nu liggen, zijn goed nieuws voor de boeren, maar lang niet altijd voor de natuur en – in sommige provincies – de wolf.

Geen gedwongen onteigening

In de meeste provincies is gedwongen onteigening van boeren taboe. Alleen in Utrecht en Noord-Holland ligt het iets genuanceerder. In Noord-Holland gaat het college zich tot het uiterste inspannen om gedwongen onteigening te voorkomen, maar het wordt niet uitgesloten. Als tot onteigening moet worden over gegaan, dan niet alleen vanwege stikstof, maar bijvoorbeeld ook vanwege de verbetering van natuur en biodiversiteit of om woningbouw- en infrastructuurprojecten vlot te trekken. Noord-Holland is de enige provincie waar de BBB in de coalitie zit en waar onteigening niet wordt uitgesloten.

De BBB zit niet in de coalitie in Utrecht, maar desalniettemin wil de coalitie in ieder geval tot halverwege deze periode niet overgaan tot gedwongen onteigening. Daarna wordt er gekeken hoe de vlag ervoor hangt en of gedwongen onteigening weer als optie op tafel moet komen. 

2030 of 2035 voor stikstofreductie

Het kabinet viel er bijna over, de provincies vinden er ook wat van: stikstofreductie. In de Wet Stikstofreductie en Natuurverbetering in 2035 vastgelegd als jaartal waarin bepaalde reductiedoelen behaald moeten zijn, maar in het landelijke coalitieakkoord is afgesproken dit een aantal jaar naar voren te halen en het doel op 2030 te zetten. Dit is echter nog niet wettelijk geborgd. Het is een veelbesproken onderwerp in de provinciale coalitieakkoorden.

De ambitie om de reductiedoelen al in 2030 te behalen, wordt in geen enkel provinciaal akkoord onderschreven. Sommige provincies benoemen expliciet dat ze vasthouden aan 2035, andere provincies zijn wat omslachtiger en stellen ‘we voeren de landelijke wet- en regelgeving uit’, wat vooralsnog neerkomt op vasthouden aan 2035. Dat laatste geldt ook voor Utrecht, ook al doet de BBB daar niet mee aan de coalitie. Wellicht is het een handreiking om de grootste partij in de Staten te vriend te houden.

Energievoorziening

De coalitie in Gelderland houdt er opmerkelijke ideeën op na als het gaat om energievoorziening. De provincie wil voorlopig geen nieuwe initiatieven voor windturbines. Zonnepanelen mogen alleen nog op daken en niet op landbouwgrond. Waar moet de duurzame energie dan wel vandaan komen? Een kleine kerncentrale! De andere provincies zijn een stuk genuanceerder en houden vast aan de doelen uit de RES en daarmee eventueel nieuwe wind- en zonneparken.

De wolf

In drie provinciale akkoorden heeft de wolf een plek gekregen: Gelderland, Drenthe en Overijssel. Overijssel wil de schade van de wolf binnen de geldende wet- en regelgeving beperken. De Gelderse coalitie gaat lobbyen om de beschermde status van de wolf te verlagen, zodat er beheersmaatregelen genomen kunnen worden als de wolf te veel vee doodt. Drenthe gaat nog een stapje verder: binnen de bestaande wet- en regelgeving wil de provincie er aan werken om een wolfvrije regio te worden.

Nieuwkomer met ervaren bestuurders

BBB is dan wel een nieuwkomer in provincieland, maar de bestuurders van de partij zijn allerminst onervaren. De partij is een toevluchtsoord voor bestuurders die eerder lokaal, provinciaal of landelijk actief waren voor het CDA, de VVD en een keur aan lokale partijen. Van de zestien gedeputeerden die tot nu toe bekend zijn, hebben alleen de gedeputeerden in Limburg en Zeeland geen politieke ervaring. In Fryslân worden het coalitieakkoord en de gedeputeerden pas volgende week gepresenteerd. In Utrecht en Noord-Brabant doet de BBB niet mee.

  • Drenthe: beide gedeputeerden hebben ervaring als wethouder. De ene voor Wakker Emmen, de andere voor Gemeentebelangen De Wolden;
  • Flevoland: er is voor twee oud-raadsleden van het CDA gekozen;
  • Gelderland: de ene gedeputeerde raadslid en Statenlid geweest voor het CDA. De andere gedeputeerde was wethouder voor een lokale partij in West Maas en Waal;
  • Groningen: de gedeputeerde was raadslid voor de VVD in Noordenveld;
  • Noord-Holland: de BBB gedeputeerde in Noord-Holland was actief als raadslid, wethouder en kandidaat-Tweede Kamerlid voor het CDA
  • Overijssel: één gedeputeerde was wethouder voor Gemeentebelang Deventer, de andere was raadslid, wethouder en Tweede Kamerlid voor het CDA;
  • Zuid-Holland: één gedeputeerde was raadslid voor Lokaal Liberaal Bodegraven Reeuwijk (eerst voor de VVD), de tweede gedeputeerde was raadslid en wethouder voor de Lijst Hilbrand Nawijn

Diversiteit in colleges

De tien provincies waar het nieuwe college bekend is, worden – als alle gedeputeerden benoemd zijn – bestuurd door in totaal 55 gedeputeerden. Slechts 23,6% van hen is vrouw. In 2019 was dit nog 27,5%. Een forse daling dus. Twee van de zeven tot nu toe bekende PvdA gedeputeerden zijn vrouw. De PvdA doet het daarmee procentueel iets beter (28,6%) dan het landelijke gemiddelde.

Flevoland en Zeeland kennen een college dat geheel uit mannen bestaat. Ook de CdK is in beide provincie man. In Zuid-Holland zitten in absolute aantallen de meeste vrouwen in het college, namelijk drie van de zeven gedeputeerden. Noord-Holland (in totaal vier gedeputeerden) is de enige provincie met een gelijke man-vrouw verhouding.

Net als in de waterschappen is er nog een hoop werk aan de winkel om tot een meer evenredige verhouding te komen in de colleges.


Bijschrift afbeelding: de Overijsselse PvdA fractievoorzitter Annemieke Wissink ondertekent het coalitieakkoord

Afbeelding: Vincent Jannink | ANP