Nog maar twee weken en dan draagt Ahmed Aboutaleb het stokje, of beter gezegd: zijn ambtsketting, over aan Carola Schouten.
Met een uniek afscheidstourneetje nam hij als burgemeester eind augustus al afscheid van ‘zijn’ Rotterdammers. Zij bedankten hem, hij bedankte hen. Misschien het belangrijkste van alles: Lee Towers zong ‘You’ll Never Walk Alone’ op deze Rotterdam Dag voor hem. De grootste eer die je in Rotterdam kunt krijgen.
Nog een aantal verschillende bijeenkomsten om afscheid te nemen van medewerkers, organisaties en bestuurders staan deze maand in zijn agenda en als het dan 1 oktober is, stopt hij na vijftien jaar met het burgemeesterschap in de havenstad. Hoe heeft Ahmed deze lange periode als burgervader in wereldstad Rotterdam ervaren?
Hoe zou je de afgelopen vijftien jaar in één woord willen beschrijven?
‘Een achtbaan!’
Wat heb je het verrassendst gevonden aan het burgemeesterschap?
‘Ik had van tevoren niet bedacht hoe eenzaam deze functie kon zijn. Je moet soms moeilijke besluiten nemen. Daarvoor spreek je met veel mensen en je leest je dossiers, maar de laatste toets, voordat je zo’n moeilijk besluit neemt, is dan uiteindelijk die met je eigen geweten. Die eenzaamheid is iets wat je je van tevoren niet realiseert.’
Wat beschouw je als je grootste prestatie tijdens je vijftien jaar als burgemeester van Rotterdam?
‘Het gaat niet om mij. Ik vind het vooral belangrijk om te benadrukken dat alle prestaties een gezamenlijk inspanning waren. Er is niets wat je volledig alleen kunt bereiken in deze functie. Alles is het resultaat van samenwerking met een breed netwerk van mensen die je adviseren, steunen en met wie je samenwerkt. Dit omvat uiteraard de medewerkers binnen de gemeente, maar ook de vele Rotterdammers die betrokken zijn bij de stad en haar ontwikkeling.’
Welke eigenschappen zijn volgens jou onmisbaar voor een succesvolle burgemeester? En kan je ook vertellen waarom?
‘Dat zijn er een paar. Je moet een gladde rug hebben en je niet uit het veld laten slaan bij tegenwind. Als boegbeeld van de stad ben je gewoon af en toe kop van jut. Uiteraard moet je politiek-bestuurlijke antenne scherp afgesteld staan, evenals je zintuigen. Zo pik je de sentimenten in de samenleving op voordat ze escaleren.’
Zijn er buiten deze kenmerken nog andere eigenschappen die je wel had willen hebben?
‘Ik had mezelf graag in tweeën kunnen delen. Er wordt wat af vergaderd, in bestuurlijk Nederland. Vaak dacht ik: zat ik nu maar met een paar buurtbewoners op een bankje. Daar zou ik veel wijzer van worden.’
Je bent vijftien jaar burgemeester van de stad geweest. Een lange periode. Zijn er dingen die je achteraf anders zou hebben aangepakt?
‘Achteraf is het altijd makkelijker oordelen, vooral in tijden van crisis. Zoals tijdens de coronapandemie. Daar is het een en ander fout gegaan, dat is uitgebreid onderzocht. Met de kennis van nu zouden we op een aantal vlakken andere keuzes hebben gemaakt. Vooral met betrekking tot de psychologische impact van de maatregelen op jongeren en mensen in zorginstellingen. We hebben destijds onvoldoende rekening gehouden met de mentale gevolgen voor deze groepen. Dat had beter gekund.’
Wat voor beslissingen of momenten zijn het moeilijkst geweest?
‘Alle beslissingen die je moet nemen op het gebied van openbare orde en veiligheid zijn ingewikkeld. Of het nu de uitzetting van een Turkse minister is of het verbieden van een voetbalwedstrijd. Je weet dat het nodig is, maar ook dat je er mensen pijn mee doet.’
Hoe ging je dan om met die dilemma’s?
‘Je toetst de beslissing aan wet- en regelgeving, neemt adviezen van ambtenaren serieus. Uiteindelijk moet de burgemeester de knoop doorhakken en dat besluit kunnen verdedigen.’
Hoe kijk je terug op de samenwerking met andere politieke partijen en stakeholders binnen de stad?
‘De samenwerking met de raad heb ik altijd inspirerend gevonden. Het was mooi om te zien dat het vaak echt om de inhoud ging en niet om partijpolitiek. We hebben discussies gevoerd op het scherpst van de snede, maar wel met het oog op de welvaart en het welzijn van de Rotterdammers.’
Je hebt het burgemeesterschap op een geheel eigen manier kleur gegeven. Veel inwoners lopen met je weg en ook internationaal viel je op. Zijn er specifieke gebeurtenissen of crises geweest die je leiderschapsstijl hebben gevormd?
‘Ik denk dat je als burgemeester goed moet kunnen schakelen tussen de coachende burgervaderrol en die van ordehandhaver en alles daartussenin. Na Charlie Hebdo werd ik geprezen om mijn duidelijke uitspraken. Maar ik ging ook de stad in om met mensen te spreken over hun zorgen. Ik vind het belangrijk om dat als burgemeester altijd te doen.’
Kun je een situatie beschrijven waarin je een standpunt moest innemen dat tegen de publieke opinie inging? En hoe heb je dat aangepakt?
‘Een extreem voorbeeld is het hijsen van de vlag na die afschuwelijke aanslag van Hamas in Israël. De ene groep eiste de Israëlische, de andere de Palestijnse vlag. Uiteindelijk koos ik de Rotterdamse vlag. Tegelijkertijd heb ik verschillende partijen uitgenodigd op het stadhuis om over alle spanningen en zorgen te praten. Die zijn dan niet uit de lucht, maar een luisterend oor helpt. Uiteindelijk zijn we allemaal Rotterdammers.’
Hoe heb je de balans gevonden tussen het dienen van de stad en het behouden van een persoonlijk leven? Heb je hier tips voor?
‘Je bent 24/7 burgemeester, behalve tijdens de politieke recessen of buitenlandse reizen. Dan is de locoburgemeester aan zet. Echt een balans is er niet. Zeker in een stad als Rotterdam moet je altijd bereikbaar zijn en komen opdraven als dat nodig is. Maar daar leer je wel mee omgaan. Als je dan thuis bent met je familie, geniet je daar volop van.’
Welke rol speelt persoonlijke overtuiging in het nemen van beslissingen als burgemeester? En ook: hoe was het om als sociaaldemocraat het ambt van burgemeester uit te oefenen in Rotterdam? Kun je die idealen meenemen in je burgemeesterschap?
‘Iedereen heeft een geloofs- of levensovertuiging waaruit je kracht put, inspiratie haalt. Dat is heel persoonlijk. Maar natuurlijk neem je je idealen mee. Voor mij is dat: de overheid is er om mensen vooruit te helpen in het leven. Niet iedereen heeft de overheid nodig. Maar voor degenen die een zetje of een helpende hand nodig hebben, moeten we er zijn.’
Hoe heb je de relatie tussen de lokale en landelijke politiek ervaren?
‘Over het algemeen heb ik de relatie als goed ervaren, hoewel dit ook afhangt van het specifieke dossier en de betrokken bewindspersoon. Veel beslissingen die in Den Haag worden genomen, worden uiteindelijk uitgevoerd door de lokale overheid. Dat betekent dat wij serieus worden genomen. Maar het komt toch voor dat er een top-down benadering is. Daarbij zou het nuttig zijn als landelijke politici eerst de lokale situatie beter begrijpen door hier zelf te komen kijken.’
Wat zijn je plannen voor de toekomst? Zie je jezelf nog een publieke rol vervullen, of kies je voor iets totaal anders?
‘Op dit moment heb ik nog geen concrete plannen. Mijn eerste prioriteit is om even helemaal tot rust te komen en tijd door te brengen met familie en vrienden. Daarna zie ik wel wat de toekomst brengt en of ik een nieuwe rol op me wil nemen, of misschien iets heel anders ga doen.’
Als je één advies zou moeten geven aan Carola Schouten, wat zou dat dan zijn?
‘Burgemeester Schouten heeft als ervaren bestuurder geen advies van mij nodig. Zij vindt ongetwijfeld haar eigen weg in deze prachtige stad!’