Lokaal Bestuur
‘Gebruik meer lokale mogelijkheden om geweld tegen vrouwen aan te pakken’ Foto: Kim van Dam, Hollandse Hoogte | ANP

Femicide klinkt te duur en daarmee afstandelijk in de oren van raadslid en forensisch arts Jonne Kortmann uit Lelystad. ‘Noem het vrouwenmoord, want dat is het.’


Femicide, moord op een vrouw omdat zij een vrouw is, komt veel vaker voor dan aanvankelijk werd gedacht, weet raadslid Doke Tempels uit Oude IJsselstreek vanuit haar voormalige werk bij de politie. En Inge Stevens, commissielid in Dordrecht is juist vanwege de hulpverlening aan vrouwen die met geweld te maken hebben gehad de politiek in gegaan. Zij is ruim dertig jaar actief in de hulpverlening. Kortmann, Tempels en Stevens vinden dat er meer aandacht nodig is voor geweld tegen vrouwen en moord op vrouwen vanwege hun vrouwzijn.

De campagne Orange the World zet femicide van 25 november tot en met 10 december wereldwijd in de schijnwerpers. Op lokaal niveau valt permanent onderscheid te maken, zeggen Kortmann, Tempels en Stevens.

Rooie Vrouwen

Een dag voor het gesprek met Tempels uit Oude IJsselstreek wordt een vrouw met een mes om het leven gebracht door haar ex-partner. Heel klassiek kon die het niet verkroppen dat zij de relatie had beëindigd.       

Met de Rooie Vrouwen uit Oude IJsselstreek is Tempels betrokken bij het Orange the World programma. Daarvoor worden iconische bouwwerken oranje verlicht. In de Oude IJsselstreek kleurt het Dru Industriepark in Ulft oranje. Binnen wordt 29 november de theatervoorstelling Fightclub vertoond waarna bezoekers met elkaar in gesprek kunnen. De Rooie Vrouwen vragen 8 maart 2025 Internationale Vrouwendag met activiteiten opnieuw aandacht voor femicide.

‘We moeten aandacht blijven vragen voor geweld tegen vrouwen,’ zegt Tempels. ‘Nu zie je dat MeToo al een tijd opkomt. Dat is goed, maar we moeten ervoor waken dat de aandacht voor het geweld achter de voordeur niet wegzakt.’

Cijfers

Tempels wijst erop dat femicide veel vaker voorkomt dan vroeger werd gedacht. Hetzelfde geldt voor huiselijk geweld dat vaak voorafgaat aan vrouwenmoord. ‘Het OM registreerde moord en zware mishandeling. Moord was moord. Hoe vaak partnergeweld daarbij aan te pas kwam, werd niet geteld. Pas toen dat wel werd bijgehouden, werd duidelijk dat femicide vaak voorkomt.’    

In 2021 zijn 38 vrouwen om het leven gebracht in Nederland. Een jaar later liep dat op naar 48 laten CBS-cijfers zien. Tussen 2018 en 2022 zijn in totaal 217 vrouwen in Nederland vermoord. Van hen zijn 172 door iemand uit huiselijke kring, partner of ex, om het leven gebracht. Vaak omdat zij uit een relatie wilde stappen.

Wanneer het gaat om huiselijk geweld kent Oude IJsselstreek alleen al 110 zaken waaraan in de eerste helft van dit jaar wordt gewerkt. Daarnaast zijn in die periode 145 adviezen begonnen en kwamen in totaal 85 meldingen over huiselijk geweld binnen bij Veilig Thuis. Over de hele Achterhoek gaat het om 460 meldingen in het eerste half jaar van 2024, 1085 gestarte adviezen en 695 ‘actieve casussen’. En dan hebben we het nog maar over een enkele regio in het land.

Geen incidenten

Femicide wordt te vaak afgedaan als incident, valt het raadslid uit Lelystad op. Met de CBS-cijfers is onmogelijk vol te houden dat het om incidenten gaat. En voor een structureel probleem hoort een structurele oplossing te komen: beleid.

Maar Lelystad kent geen beleid om femicide en de aanloop daarnaar toe – huiselijk geweld, (ex-) partnergeweld – een halt toe te roepen. Ook heeft de stad geen Orange the World programma laat Kortmann weten. ‘Binnen de stad is er wel geweld gericht tegen vrouwen waarbij het eerder geluk dan opzet is dat de vrouw het geweld heeft overleefd.’

Jeugdzorg

Problemen als armoede, stress en gebrek aan hulp om die problemen op te lossen kunnen leiden tot huiselijk geweld stelt Kortmann.

‘Femicide en geweld tegen vrouwen vraagt om aandacht in de raad. Daarin gaat het gesprek wel over geweld binnenshuis, maar daarbij wordt aan kinderen gedacht. Niet aan de volwassenen in huis. En dan gaan we ook nog juist nu bezuinigen op de jeugdzorg.’

Jeugdzorg is belangrijk bij de aanpak van fataal geweld tegen vrouwen legt Kortmann uit. ‘Als er iets met de kinderen is, dan heeft dit effect op het hele gezin. Laat ouders lang genoeg zonder hulp zitten, dan wordt het vanzelf niet zo gezellig thuis.’

Ze erkent dat jeugdzorg veel geld kost. ‘Maar met dat geld bespaar je wel op kosten die over 15 jaar ontstaan als mishandelde kinderen en vrouwen niet nu de hulp krijgen die ze nodig hebben. Als je problemen te laat aanpakt, kost het je later veel meer.’

Tempels ziet snijden in het voortraject van femicide (wat Jeugdzorg ook is)  evenmin zitten. ‘Als je nu bezuinigt op met name preventie, komt het probleem later dubbel zo hard terug. Ik vrees het ravijnjaar. En het woonprobleem. Door het woningentekort blijven mensen die anders uit elkaar gaan, noodgedwongen in een huis wonen. Daarnaast leiden schulden en stress in negen van de tien gevallen tot huiselijk geweld.’

Topje van de ijsberg

Kortmann wijst erop dat de cijfers over femicide het topje van de ijsberg laten zien. ‘Veel vrouwen doen geen aangifte of melding van mishandeling.’ Die stelling kan zij onderbouwen: ‘In de praktijk zie ik veel meer vrouwen die met verwurging of poging tot verwurging hadden te maken dan de cijfers over geweld met een niet-fatale afloop tegen vrouwen laten zien.’

Femicide heeft altijd te maken met de dynamiek tussen slachtoffer en dader, zegt zij. ‘Vrouwen zijn meer verbaal ingesteld. Het risico bestaat dat zij iets hebben gezegd waardoor ze in het vizier komen bij iemand die een slechte dag heeft gehad. Bij fysiek geweld trekt de vrouw vaak aan het kortste eind. In mijn werk onderzoek ik slachtoffers van geweld. De verhalen worden steeds extremer.’  

Waar het tien jaar geleden vaker ging om uit de hand gelopen ruzies, constateert Kortmann nu dat uit frustratie al snel geweld tegen de partner wordt gebruikt.

Hulpverlening

Stevens en Mary Ruisch (GroenLinks) hebben in Dordrecht het Orange the World programma georganiseerd. Stevens heeft ruim dertig jaar ervaring in de hulpverlening – ‘Mary nog veel meer’- aan vrouwen die slachtoffer zijn van partnergeweld. Bij Stevens werk hoorde ook het verlenen van hulp aan kinderen en jongeren die slachtoffer of getuigen zijn van dat geweld. ‘Ik heb altijd bij de uitvoering van jeugdzorg gewerkt, in jeugdpreventieteams, in het maatschappelijk werk, in de crisisdienst.’   

Stevens begon in de jaren ’80 samen met Ruisch het Jongeren Advies Centrum in Dordrecht. Onder meer seksueel geweld werd bespreekbaar gemaakt. ‘We organiseerden een van de eerste verwerkingsgroepen voor meiden die slachtoffer waren van seksueel geweld en incest. Zo kwam het geweld tegen vrouwen en meisjes meer naar buiten.’

De laatste jaren was Stevens actief voor Veilig Thuis. Ook zij wijst erop dat vrouwenmishandeling vaak door jeugdzorg, via de kinderen, wordt ontdekt. ‘Als het op school niet zo goed gaat met een kind is er thuis iets aan de hand.’ Dat is vaak het geval. Veilig Thuis kampt met wachtlijsten. ‘Het geeft aan dat huiselijk geweld bespreekbaar wordt,’ zegt Stevens.

Ze merkt op dat soms te makkelijk wordt gereageerd: ‘Slachtoffers krijgen nog veel te veel het advies: ga weg bij die vent. Maar zo eenvoudig gaat dat niet.’

Gezien het aantal vrouwen dat die beslissing met de dood moet bekopen, is het ook niet raar dat vrouwen niet zomaar weglopen.

Erger: ‘Femicide kan al beginnen bij verbaal geweld, stalking of straatintimidatie.’ Stevens vindt dadertherapie daarom belangrijk. ‘Daders moeten zich bewust worden van wat zij aanrichten.’

Onderdeel van het Dordtse Orange the World programma is een bijeenkomst waarop bezoekers de documentaire Femicide krijgen te zien waarna een paneldiscussie volgt. Het publiek kan ook vragen stellen aan het panel. Dat bestaat uit de directeur van Veilig Thuis, de officier van Justitie in Rotterdam, de politie van de binnenstad van Rotterdam, de Dordtse wethouder Publieke Gezondheid en Jeugdzorg en de staatssecretaris Langdurige en Maatschappelijke zorg.

Aanpak

Lokaal zijn er meer mogelijkheden om geweld tegen vrouwen aan te pakken dan nu gebeurt, stelt Stevens. Als de verschillende instanties maar goed (kunnen) samenwerken. ‘Laat jeugdteams en sociale wijkteams meer samenwerken,’ adviseert Stevens onder meer.

Volgens Kortmann is het belangrijk dat we als samenleving het gesprek voeren over hoe we met elkaar omgaan en over de vraag wat een relatie is: ‘Leer mensen dat ze met elkaar praten over hun verwachtingen. Leer ze compromissen te sluiten. En leer ze dat een relatie aanpassen betekent. Van beide kanten.’

Als samenleving het gesprek aangaan en armoedebestrijding – grote stressveroorzaker met alle gevolgen van dien – behoren volgens haar tot de oplossingen om het probleem aan te pakken. Ze is ook voor beleid om agressie aan te pakken. ‘Financiering is dan nodig. Geoormerkt geld, alleen voor dat doel in te zetten. En ik ben voor een landelijke visie die we lokaal kunnen uitvoeren.’  

Educatie

Andere oplossingen zijn te vinden in educatie en bewustwording, stelt Tempels. ‘Laat gendergelijkheid ook in de opvoeding een rol spelen. Leer je zonen dat ze respectvol omgaan met meisjes en vrouwen.’

In de praktijk ontmoette zij regelmatig slachtoffers uit culturen waarin respect voor vrouwen helemaal niet vanzelfsprekend is. Tempels vindt dat in de inburgeringscursus van nieuwkomers een uitgebreid hoofdstuk moet worden opgenomen waarin wordt uitgelegd dat een vrouw geen bezit is. ‘Nu gebeurt dat minimaal. Er staan een paar zinnetjes over in.’

Voor vrouwen is het belangrijk dat zij weten dat zij geen bezit zijn. En dat ze hulp kunnen krijgen als zij zo worden behandeld. ‘Vrouwen uit die culturen kennen de Nederlandse structuren niet, weten niet dat ze hulp kunnen krijgen. Er zijn wel sleutelfiguren die de wegen hier wel kennen en hen kunnen helpen. Wij gaan als Rooie Vrouwen bijvoorbeeld ook naar de moskeeën.’ Tempels weet uit haar werkervaring dat een imam soms bemiddelt.

Signalen herkennen

Iedereen zou signalen van vrouwenmishandeling moeten leren herkennen, vindt Tempels. ‘Een onderwijzer die kindermishandeling herkende door de blauwe plekken die zij opmerkte, had niet herkend dat een collega in eenzelfde situatie zat.’

Gendergelijkheid en signaalherkenning kunnen in een vak als maatschappijleer passen, oppert Tempels.

Signaalherkenning en gendergelijkheid opnemen in een vak als maatschappijleer is geen gek idee als je de factsheet Gendernormen en geweld onder jongeren uit 2020 van Atria en Rutgers bekijkt. Daaruit blijkt dat 13 procent van een groep jongens van mening is dat het slaan van zijn vriendin soms ‘noodzakelijk’ is om ‘respect af te dwingen’. Vier procent van de bevraagde meisjes is het daarmee eens, schrijft kennisinstituut Atria op haar website.

Tempels vindt het ook belangrijk dat de gemeente alle informatie op het gebied van preventie over het voetlicht brengt.

Ingrijpen

Wanneer het gaat om ingrijpen wijst Tempels op de bestuurlijke maatregelen die een burgemeester kan nemen. ‘Denk aan gebiedsverboden, een gedragsaanwijzing zoals een contactverbod en locatieverbod vanuit een tijdelijk huisverbod eventueel verlengen, tot aan de strafzaak.’

Tenslotte hamert zij erop dat een gedegen ketenaanpak nodig is. ‘Die bestaat wel, maar kan veel beter. Hier en in andere gemeenten. Ook moeten we nadenken over de strikte privacyregels. Die staan het delen van gegevens in de weg en daarmee ook het oplossen van een probleem.’

Dat geweld tegen vrouwen moet worden aangepakt, staat buiten kijf. Al was het alleen maar om de reden dat geweld tegen vrouwen een grote impact heeft op de maatschappij, betoogt Tempels. ‘Het veroorzaakt gezondheidsproblemen. Dat kost de samenleving veel geld. Bovenal heeft de overheid de plicht haar burgers te beschermen.’