Lokaal Bestuur
Laat jongeren in bijstand ook bijverdienen Foto: Harold Versteeg, Hollandse Hoogte | ANP

Onder meer Enschede en Haarlem geven meer financiële ruimte aan jongeren in de bijstand. Zo kunnen zij op een menselijker manier stappen zetten richting werk of opleiding.


De Participatiewet kent een aantal vrijlatingen. Zo mogen bijstandsgerechtigden voor een periode van een half jaar tot 25 procent van hun extra inkomsten houden, met een maximum bedrag van 246 euro. Jongeren tot 27 jaar hebben daar geen recht op. Ook moeten jongeren tot 27 jaar eerst vier weken wachten voordat zij in aanmerking komen voor een bijstandsuitkering. Idee is dat jongeren in die vier weken een baan kunnen vinden. De praktijk wijst vaak genoeg anders uit.

De voorgestelde wetswijziging ‘Participatie in Balans’ die naar verwachting volgend jaar ingaat, moet daarin verbetering brengen. Met het oog op jongeren in de Participatiewet wachten Enschede en Haarlem daar niet op. Zij hebben lokaal al maatregelen getroffen.

Grijze gebieden

De gemeenten Enschede en Haarlem zoeken de grijze gebieden op voor de groep jongeren tot 27 jaar. Arjan Kampman en Diana van Loenen leggen uit waarom en hoe zij dat doen.

Toen Arjan Kampman zes jaar geleden wethouder in Enschede werd, nam hij zichzelf voor de menselijke maat terug te brengen in het gemeentelijke beleid en het vertrouwen te herstellen. Zo ook in de Participatiewet.

Voor jongeren die daaronder vallen heeft de gemeente apart beleid ontwikkeld: ‘Enschede kent een gespecialiseerde keten voor jongeren waarin we iedere jongere in beeld willen hebben. Het is een goed gesloten systeem waarin bijvoorbeeld zorgmedewerkers, de sociale dienst, handhaving en het regionale centrum voor leerplicht zijn betrokken,’ schetst Kampman. ‘Vast betekent in die keten ook echt vast. We laten jongeren pas los als ze daar klaar voor zijn.’

De Enschedese ketenaanpak zorgt voor korte lijntjes. ‘Werknemers vanuit de keten komen naar ons toe met bepaalde dilemma’s. Soms is het dan zaak om regels aan te passen, zodat de deelnemers in de keten hun werk breder kunnen doen.’

Bijverdienen

De regels in Enschede zijn zo aangepast dat jongeren tot 27 in de Participatiewet ook mogen bijverdienen met een maximum tot 246 euro per maand, voor een periode van een half jaar. De gemeente hanteert dit beleid sinds 1 juli. Tot die tijd mocht deze groep in tegenstelling tot mensen vanaf 27 jaar, niets bijverdienen. Want jongeren zonder een bijbaan zouden zich beter focussen op het onderwijs en het halen van een startkwalificatie, zo was de gedachte.

Kampman stelt dat die redenatie niet aansluit bij de leefwereld van jongeren. Bovendien: ‘Het doel van de Participatiewet is dat mensen weer grip krijgen op hun eigen leven. Dat we hen bijstaan als gemeente, totdat het hen weer lukt om het zelf voor elkaar te krijgen. Sommige jongeren willen bijvoorbeeld niet meer naar school, maar werken. Het is dan zaak om voor die jongeren een duurzame, nieuwe werkplek te vinden.’

Hij vervolgt: ‘Ook zagen jongerenwerkers, door veel het gesprek aan te gaan, dat er vaak zware oorzaken zijn waarom jongeren niet meteen het onderwijs in kunnen. Soms moet je eerst problemen wegnemen.’

Vangnet

Hetzelfde zagen ze in Haarlem en ook daar rees de vraag: waarom moet je meteen binnen vier weken op zoek naar werk als je uit een kwetsbare situatie komt? ‘De Participatiewet is bedoeld als vangnet. Dat betekent dat er problemen kunnen spelen rond bijvoorbeeld huisvesting, er kunnen gezinsproblemen zijn, verslavingskwesties of bijvoorbeeld een angststoornis,’ zegt wethouder Diana van Loenen.

‘In mijn optiek gaat de Participatiewet uit van een verkeerd mensbeeld. Het gaat uit van wantrouwen waardoor de wet veel te knellend en rigide is. Ook als we kijken naar jongeren tot 27 jaar.’

Daarom heeft Van Loenen samen met de ambtelijke organisatie een aantal wijzigingen doorgevoerd, waarvan sommige ook al voor het collegebesluit van oktober 2023 werden uitgevoerd. Dit gebeurde vanuit het idee dat de huidige Participatiewet de financiële bestaanszekerheid onder druk zet. Daarnaast biedt de wet te weinig ruimte voor ambtenaren om zelf een goede inschatting te kunnen maken over wat het beste is voor de inwoner. Zij krijgen die ruimte nu wel.

‘Wij hebben de giftendrempel verhoogd van 1200 euro naar 1800 euro,’ zegt Van Loenen over de wijzigingen die jongeren meer lucht moeten geven. ‘Het signaal dat we willen geven is dat je hulp mag krijgen van je naasten als je in een kwetsbare situatie zit.’

Bij deze verhoging heeft Haarlem gekeken naar de kosten voor bijvoorbeeld de boodschappen, zegt Van Loenen. ‘Alles is op het moment duur. Wij hebben bekeken wat een reëel bedrag is voor boodschappen.’

Vrijwilligersvergoeding niet verrekenen

Ze benoemt een ander punt dat ook relevant is voor jongeren in de bijstand: ‘De vrijwilligersvergoeding hier in Haarlem wordt niet meer verrekend met je uitkering. Op deze manier willen we menselijker zijn voor de inwoners. Door veel meer naast hen te staan.’

Haarlem past nog wel de vier-weken regeling toe als jongeren bijvoorbeeld net zijn afgestudeerd. Dat betekent dat jongeren vier weken wachttijd hebben voordat zij recht hebben op een uitkering. Die vier weken kunnen een goed signaal zijn om duidelijk te maken dat werk ook een goed middel kan zijn om actief mee te kunnen doen in de samenleving, is de achterliggende gedachte in Haarlem.

Effect wijzigingen

De effecten van de wijziging in Enschede worden in december verwacht. Kampman hoopt te zien dat de uitvoering van Participatiewet voor jongeren eenvoudiger en flexibeler is. Want: ‘not one size fits all’. Daarbij gaat het erom dat bijverdienen geen doel op zich is, maar een middel om kansrijker richting duurzaam werken te gaan.

In Haarlem zitten 245 jongeren in de bijstand, waaronder ook jonge statushouders die op het moment worden ingeburgerd. Maar 168 jongeren zijn geen statushouders. Wat de gemeente in de afgelopen maanden heeft gezien is dat minder mensen een bijstandsuitkering ontvangen. ‘Dat is een belangrijk signaal,’ vindt Van Loenen. ‘De versoepeling van de regels van de Participatiewet zorgt er dus niet voor dat het een aanzuigende werking heeft voor anderen.’

Puur formeel mag het alternatief hanteren van de Participatiewet niet. Enschede en Haarlem lopen daarin voor op de landelijke aanpassing van deze wet. Het collegebesluit is genomen, de organisatie heeft rugdekking voor de wijziging en zolang het Rijk niet aan de bel trekt, is er niet zoveel aan de hand en kan het beleid op de lokale manier worden uitgevoerd.