Het is vandaag 1 mei en dat betekent natuurlijk dat weer overal in het land de Internationale uit volle borst wordt meegezongen. In een tijd, waarin flexwerk in bepaalde beroepen de norm is, de platformeconomie tot een verdere uitholling van arbeidsomstandigheden leidt, je van het minimumloon nauwelijks kan rondkomen en de ongelijkheid groter is dan ooit, lijkt wat aandacht voor de aloude klassenstrijd niet misplaatst.
Maar anders dan in de ons omringende landen beperken de festiviteiten zich tot de linkse partijen en de vakbond. En zelfs daar lijkt de Internationale bezig met een terugtocht. De vraag is hoe dat komt. Is de toch wat gedateerd aandoende Dag van de Arbeid nog wel van deze tijd? Zo ja, waarom dan? En niet onbelangrijk: hoe wordt 1 mei weer relevant? Kitty Jong, Mei Li Vos en Agnes Jongerius delen hun gedachten.
De missie is helder
Kitty Jong
Vicevoorzitter van FNV
De missie is helder
Twee miljoen mensen in Nederland leven op, onder of maar net boven de armoedegrens. Jongeren, vrouwen en mensen met een migratieachtergrond zijn oververtegenwoordigd in onzekere flexbanen. Ons sociale zekerheidstelsel piept en kraakt, onze gezondheidszorg idem dito. En net als de zorg, is huisvesting overgeleverd aan de markt. Net als het openbaar vervoer en de nutsvoorzieningen overigens. En dat alles terwijl de ijskappen gevaarlijk snel smelten.
De missie is helder. Maar met een rechts liberaal kabinet is er geen doorkomen aan. Niet omdat onze visie niet zou aanslaan. Maar links Nederland heeft een hopeloos gebrek aan besef dat je je doelen alleen bereikt door samen op te trekken. Door een beweging te vormen. Door een paraplu te bedenken waaronder partijen zich kunnen verenigen. Niet alleen de vakbonden en de diverse sociale politieke partijen. Maar ook maatschappelijke organisaties: de klimaatbeweging, de woonbond, de antiracismebeweging, jongerenorganisaties, de vrouwenbeweging. Want de arbeider van nu is tegenwoordig veelal een zwarte vrouw met een onzeker contract, onderbetaald, die op geen enkele manier in staat de dreigende klimaatcrisis het hoofd te bieden of een fatsoenlijke woning te kunnen betalen. We zijn het haar verplicht om de ideologische verschillen te overbruggen.
De tijd van ideologische fijnslijperij moeten we achter ons laten. Daarvoor in de plaats dient optimisme te komen. Geloof in dat we de strijd kunnen winnen en de kloven in de samenleving kunnen beslechten, een serieuze en belangrijke opdracht. Maar er mag gelachen worden, en gefeest. Het mag uitbundig en hoeft niet in een vast stramien. Een bonte verzameling van mensen verenigd in hun oprechte streven om de wereld werkelijk beter te maken met gelijke kansen op werk, scholing, een huis en dat alles op een afkoelende planeet. En waar beter dat optimisme te vieren dan op het festival dat de Dag van de Arbeid heet.
De Dag van de Arbeid is relevanter dan ooit.
1 mei zegt mensen die een 1 mei hard nodig hebben niet zoveel
Mei Li Vos
Fractievoorzitter in de Eerste Kamer
Is 1 mei vergane glorie van de arbeidersbeweging? Ja, ik vrees van wel. Mijn afdeling gaat op die dag bij de oudere leden langs met tulpen en dat is het dan. Ik zeg het maar even hard: 1 mei zegt mensen die een 1 mei keihard nodig hebben niet zo veel. Maar het zegt ons die wel een vrij weekend, een 36-urige werkweek, pensioen en ww-rechten hebben ook niet veel, we zijn vergeten hoe het voelt om dat allemaal niet te hebben. Dus brengen we een bloemetje aan de oudere leden die nog wel weten wat het was om op zaterdag te werken en ouderdom te vrezen.
Maar meer dan ooit is er strijd te voeren voor rechten van werkenden. De bagage-afhandelaars op Schiphol gooiden niet voor niets op de eerste dag van de meivakantie de boel plat. Het is godgeklaagd in wat voor omstandigheden en voor welk miserabele tarieven ze zwaar, vies en gevaarlijk werk moeten doen. Wat een contrast met de arbeidsvoorwaarden van hun naaste collega’s de piloten, die de allerbeste arbeidsvoorwaarden van Nederland hebben. Of denk aan de krantenbezorger die voor 8 cent per krant voor de laatste papierlezers de krant bezorgt. Om de rest van de dag de rest van de kost te moeten verdienen met ‘gigwork’: andere kleine klussen die per stuk worden afgerekend.
28% van de Nederlandse werkenden heeft een flexcontract, werkt op stukloon, probeert als zelfstandige de kost bij elkaar te scharrelen en ligt er meteen uit zodra het tegenzit. Dus nee, voor hen zegt 1 mei niet zo veel. Dus ja, 1 mei is een gedateerd feest, zolang we de onzekeren niet dezelfde rechten gunnen als de rest. Op de dag dat de wet in werking treedt die de rechten weer gelijk trekt, moeten we de nieuwe Dag van de Arbeid uitroepen. En laat de PvdA dan een amendement indienen, die van de ingangsdatum een vrije feestdag maakt.
Voor de chauffeurs van Uber bestaat er geen achturige werkdag
Agnes Jongerius
Europarlementariër & initiatiefnemer van minimumlonen.eu
In bijna al onze buurlanden is de eerste mei een vrije dag en een feestdag. In België spreekt men zelfs over het Feest van de Arbeid, in plaats van over de Dag van de Arbeid. Maar in Nederland tooiden meer mensen zich in Oranje dan in Rood. In 1948 betrad Koningin Juliana de troon. En Nederland kreeg op haar verjaardag, 30 april, een vrije dag. Ook Beatrix handhaafde 30 april als Koninginnedag en sinds de inhuldiging van Willem Alexander kent Nederland 27 april als nationale feestdag. Oranje zat Rood in de weg, zou je kunnen zeggen.
Natuurlijk zijn er ook andere redenen te noemen waarom Nederland slechts een beperkte 1 mei-traditie kent. Ja: ook hier werd er om de meiboom gedanst en met vaandels optochten gelopen. In sommige plaatsen bestaat er nog steeds een afdeling van het zangkoor Stem des Volks. En plaatselijke PvdA afdelingen huldigen op deze datum hun jubilarissen. Maar een echt nationaal feest van de arbeid is het eigenlijk niet echt geworden.
Sinds een aantal jaar probeert de vakorganisatie FNV de traditie nieuw leven in te blazen. In die traditie is het belangrijk om aandacht te besteden aan de verdiensten van de arbeidersbeweging, zoals de achturige werkdag en betaalde vakantie. Maar het draait tegelijkertijd ook om de inspiratie voor de nieuwe strijdpunten op te doen.
Juist nu is er alle reden om aan te sluiten bij deze 1 mei traditie. Want voor de chauffeurs van Uber bestaat er geen achturige werkdag. De docenten met een uitzendcontract hebben geen recht op een betaalde vakantie. En van het huidige minimumloon is het moeilijk om elke maand de rekeningen te betalen. Mij zul je dus vandaag in het Julianapark in Utrecht aantreffen. Dan zing ik daar de volgende strofe uit de Internationale:
Gij allen, arbeiders en boeren,
Staat samen in dezelfde strijd;
’t Is geen tijd voor kirren en koeren,
Wie niet vecht speelt zijn troeven kwijt.
Bijschrift afbeelding: Op 2 januari hadden de CEO’s van Philips en Ahold al meer salaris gehad dan werknemers met een minimumloon in een heel jaar verdienen
Afbeelding: Berlinda van Dam | ANP