Lokaal Bestuur
Afgehaakt bestuur in de Achterhoek
De kloof. We raken er niet over uitgesproken. Arm en rijk, hoog- en laagopgeleid, gezond en ongezond, Randstad en de regio, en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Kort gezegd komt het erop neer dat je de tevreden burgers hebt, die aan de knoppen zitten, volop meedoen in de samenleving en best wel wat vertrouwen hebben in de parlementaire democratie. En je hebt de groeiende groep mensen bij wie dat vertrouwen weg is en het idee hebben dat er over hen wordt besloten.

In de vorig jaar verschenen Atlas van Afgehaakt Nederland wordt deze kloof tot op wijkniveau beschreven. Binnen steden, tussen dorpen en regio’s: er loopt vaak een haast causaal verband tussen hoe gezond bewoners zijn, of ze gelukkig zijn, welk inkomen ze hebben én op wat voor partij ze stemmen. Wijken en gebieden waar de brede welvaart hoog is, stemmen op de gevestigde partijen (van GroenLinks en PvdA tot de VVD), terwijl de buurten en regio’s, die minder scoren, voor de buitenstaander partijen gaan (van SP en PvdD aan de linkerkant van het spectrum tot PVV en FvD aan de uiterst rechterkant). De komende periode duiken het Centrum voor Lokaal Bestuur en het partijbureau van GroenLinks in deze materie. Hoe heeft het zover kunnen komen? Wie zijn er eigenlijk afgehaakt: de burgers of de politici? Wat zou ons verhaal moeten zijn? En met wie gaan we dat dan doen?

De eerste stop is bij de lokale bestuurders in de Achterhoek. Wie niets van de regio weet en de sociaaleconomische statistieken erop naslaat, zou misschien denken dat het gebied minder goed scoort. Maar dat lijkt maar gedeeltelijk waar: de brede welvaart is vergeleken met vergelijkbare gebieden hoog en het aandeel van buitenstaander partijen laag. Als verklaring wordt meestal verwezen naar het sterke gemeenschapsgevoel: het naoberschap. Maar klopt dat ook? Of vallen daar wel wat kanttekeningen bij te zetten? En hoe kijken de bestuurders zelf eigenlijk tegen de omgekeerde vlaggen en Den Haag?

Naoberschap

Er wordt misschien wel wat te romantisch gedacht over naoberschap, zegt Joop Wikkerink, wethouder voor de Progressieve Partij in Aalten en lid van GroenLinks. Tot de jaren zestig was het naoberschap zowel vanzelfsprekend als noodzakelijk. ‘Zonder goede buren kreeg je het economisch niet rond.’ Tegelijkertijd kon het naoberschap als zeer verstikkend worden ervaren. Wie sociaal afweek, had een probleem. Dat het naoberschap als pure noodzaak ontstaan is, heeft ook gevolgen voor de blik naar buiten. ‘Mensen die zich niet gehoord voelen, haken af en vallen terug op hoe het altijd ging in de eigen buurt of groep. Als ik zie hoe naoberschap nu in de praktijk vorm krijgt is “houwen wat je hebt” toch vaak de ondertoon.’

Vanuit een praktisch oogpunt ziet Wikkerink dat het schuurt. ‘Ook hier is het in toenemende mate een probleem om vrijwilligers te krijgen. Je merkt dat de hele sociale basis onder druk staat. De kunst is daarom om de goede elementen van het naoberschap te behouden. Het beste antwoord dat we kunnen geven op het “afhaken” van mensen is bestaanszekerheid bieden. Bestaanszekerheid voor iedereen vraagt ook dat de sociale basis, het verenigingsleven, op orde blijft, want die vervult een belangrijke rol in de gemeenschapsopbouw.’

Wikkerink: Het naoberschap was en is zeker niet perfect

Voorzieningenniveau onder druk

Daarnaast is sprake van een dubbele ontgroening. Dat is geen natuurverschijnsel. Burgemeester van de Oude IJsselstreek en oud-Kamerlid voor de PvdA, Otwin van Dijk: ‘Hier in de regio is nauwelijks hoger onderwijs. Dus als je dat wil volgen, vertrek je. Zeker omdat de reistijden lang zijn. En als je dan per se als jongere in de regio wil blijven, neem je genoegen met een lager niveau, terwijl je ook hoger onderwijs had kunnen volgen.’

Dat de bevolking in de Achterhoek gemiddeld minder hoog opgeleid is, heeft gevolgen. ‘Bedrijven verplaatsen bedrijfsonderdelen waar ze hoger opgeleid personeel voor nodig hebben, omdat er geen mensen en huizen voor die mensen zijn. Nu komen er gelukkig ook nieuwe bedrijven bij, maar dit soort ontwikkelingen zetten de regio wel onder druk. De overheid voelt hier niet als bondgenoot.’

Van Dijk: De overheid voelt hier niet als bondgenoot

Neem de wooncrisis. ‘Ook als het gaat om het bouwen van nieuwe huizen vallen we buiten de boot. In de nieuwe woonagenda van Hugo de Jonge komen we nauwelijks voor, het draait allemaal weer om de grote stad.’ De belangrijkste oorzaak van de onvrede met Den Haag ligt volgens Van Dijk in het al maar afkalvende voorzieningenniveau. ‘De overheid trekt zich meer en meer terug. Zo zijn in de Achterhoek bijna alle politieposten verdwenen. Je hebt alleen nog bureaus in Zutphen, Doetinchem en Winterswijk. Als je bedenkt dat er ’s avonds in het westelijke gedeelte van de Achterhoek maar drie politieauto’s rondrijden, is het niet gek om te stellen dat de politie voor veel inwoners onzichtbaar is.’

En het zijn niet alleen de politieposten. ‘Het gaat net zo goed om pinautomaten en tal van andere voorzieningen. Dat leidt tot ten defensieve agenda en beschermen wat je hebt. Als je niet heel goed oplet, ben je dat ook nog kwijt. De houding hier laat zich misschien nog wel het best samenvatten als “dan doen we doen het zelf wel”. Ik geloof erg in de presentietheorie: de overheid moet zichtbaar aanwezig anders voelen mensen zich in de steek gelaten. In de Achterhoek zie je dit steeds meer gebeuren. We moeten daarom af van het  efficiency denken in de publieke sector. Links of rechtsom krijg je hiervan altijd de rekening gepresenteerd. De publieke sector mag geld kosten en inefficiënt zijn.’

Weg: Het sluimert hier al langer

‘De boerenprotesten waren wel de spreekwoordelijke druppel inderdaad,’ zegt fractievoorzitter van GroenLinks in Berkelland Andra Weg. ‘Maar het sluimert al veel langer onder de oppervlakte. De overheid is hier niet meer zichtbaar. Er zijn geen centrale lokale loketten meer. Alles is gecentraliseerd. Berkelland is qua oppervlakte een van de grootste gemeenten van Nederland. Dus als iemand uit Rekken zijn paspoort moet ophalen, is hij of zij dertig kilometer onderweg.’

Als je al een auto hebt, want naast de voorzieningen staat ook de bereikbaarheid onder druk. Weg: ‘Wanneer je met een neoliberale bril naar de Achterhoek kijkt, zie je een niet efficiënte regio. Een bus is hier niet rendabel. Wanneer je dat als belangrijkste criterium hanteert, dan is het helemaal niet gek om de lijn te schrappen. Het gevolg is een vicieuze cirkel naar beneden: de bus rijdt steeds minder of helemaal niet, dus mensen pakken niet meer de bus, maar zoeken naar een alternatief.’

Omgekeerde vlaggen

En toch leken de protesten van afgelopen zomer vooral over de culturele kloof en niet over de afkalvende voorzieningen te gaan. In hoeverre heeft het gevoel van afgehaakt zijn te maken met cultuurverschillen tussen (Rand)stad en platteland? Elvira Schepers, PvdA-wethouder in Winterswijk: ‘Er heerst hier een gevoel van “ze verzinnen het allemaal in de stad, maar wat dat betekent voor de regio interesseert ze eigenlijk niet”. Dat onbehagen lijkt te groeien, zeker met alles wat er nu speelt rond de boeren. In Winterswijk is geen straat te vinden zonder omgekeerde vlag.’

Schepers: Geen straat zonder omgekeerde vlag

Soms is het niet eens de inhoud zelf waar het probleem zit, vult Van Dijk aan. ‘Natuurlijk verschillen de agenda’s van de stad en het platteland. Maar dat zit hem vaak niet in de thema’s zelf, maar wel in de manier waarop we met die thema’s omgaan. Toen ik hier zes jaar geleden begon als burgemeester werd in alle vijftien dorpen in Oude IJsselstreek het Sinterklaasfeest gevierd met een Zwarte Piet. Inmiddels zijn alle dorpen over op roetveegpieten of hebben ze iets anders bedacht. Zoals in Terborg, daar hebben ze Terborgse helpers verzonnen. Dat zijn kinderen verkleed als helden die Sinterklaas helpen. Niet omdat we iets verboden hebben, maar door er met elkaar over te praten.’

Ook op andere gevoelige thema’s gaat het zo. ‘Het duurde misschien net iets langer, maar ook hier hangt tegenwoordig op Coming-Outdag overal de regenboogvlag. Zelfs bij de voetbalvereniging. Hoe harder je vanuit de Randstad roept “zij doen het fout”, hoe meer de hakken hier in het zand gaan. Er wordt vaak onnodig een conflict gecreëerd.’

Afgehaakt bestuur

Ook bestuurlijk lijkt de kloof steeds groter te worden. Elvira Schepers: ‘Laatst was ik nog bij een bijeenkomst over de hervormingsagenda jeugd van het VNG. Daar merk je al de afstand tussen wethouders uit grote steden en wethouders uit plattelandsgemeenten. De wethouder uit Losser zegt net zo zinnige dingen als die uit Zwolle. Maar alleen bij de bijdrage van Zwolle zie je de notulisten meeschrijven. Het leidt er uiteindelijk toe dat regio’s minder geld krijgen en dus ook minder te investeren hebben. Dan wordt gezegd: de problemen in dorpen zijn niet zo groot. Nou, die zijn dus wel groot.’

Ook binnen de partijen zelf voelen de Achterhoekers zich weinig gehoord. Andra Weg heeft zich bijvoorbeeld behoorlijk gestoord aan de hosanna stemming na de laatste gemeenteraadsverkiezingen. ‘Het beeld was echt: we hebben gewonnen. Maar hier in de Achterhoek zijn we op één na uit alle colleges verdwenen. We hadden vijf wethouders, dus dat is nogal een aderlating. Ondertussen zie je dat de Farmers Defense Force alleen maar terrein wint. In plaats dat we met een progressief verhaal de noodzakelijke transities in gang zetten, verliezen we juist en wordt er op de rem getrapt. Het is best wel kortzichtig om dan te zeggen dat we winnen. Het klopt gewoon niet.’

Van Dijk: De gemeente is de laatste overheidslaag waar mensen nog een beetje vertrouwen in hebben

Van Dijk waarschuwt voor de gevolgen als ook de gemeenten definitief het vertrouwen verliezen. ‘Ik denk dat de gemeente de laatste overheidslaag is die mensen nog een beetje vertrouwen. Tegen het Rijk zou ik dan ook willen zeggen: wees zuinig op gemeenten en stel ze in de gelegenheid om met mensen samen te werken aan herstel van vertrouwen en het overbruggen van de kloof. Hét alternatief — een echt afgehaakt Nederland — is weinig aantrekkelijk. Daar worden de mensen, die ons het hardste nodig hebben en zichzelf niet zo makkelijk redden als eerste het slachtoffer van.’


Voor dit artikel spraken Gert-Jan Leerink, Jan Erik Keman en Bart Eigeman uitgebreid met alle geïnterviewden. De komende tijd verschijnen er in Lokaal Bestuur nog soortgelijke stukken over (Oost-)Groningen en de regio rond Tilburg. Samen met het al eerder verschenen duo-interview met Tim ‘S Jongers en Noortje Thijssen vormen deze artikelen de opmaat voor het project over de Atlas van Afgehaakt Nederland, waarin het CLB samen met het partijbureau van GroenLinks een handelingsperspectief voor de lokale politiek gaat maken over dit urgente onderwerp.

Blijf via onze website op de hoogte en mail ons jullie aanbevelingen op [email protected].


Bijschrift afbeelding: Geen Nederlandse, maar de Achterhoekse vlag wappert fier op dit boerenerf

Afbeelding: Rob Voss | ANP