Nieuws uit de Tweede Kamer
Verhuurders en wietteelt

Onlangs is de wet in werking getreden op grond waarvan het voorbereiden of vergemakkelijken van illegale wietteelt eerder strafbaar wordt. Behalve dat dit het einde van growshops moet gaan betekenen, kunnen ook andere personen die bijdragen aan het instandhouden van de wietteelt in het vizier van het strafrecht komen. Iemand die willens en wetens een pand aan een wietteler verhuurt kan hierdoor in de problemen komen. Dat wil niet zeggen dat iedereen die een pand aan een wietteler verhuurt strafbaar is. Zo blijkt ook uit antwoorden van minister Van der Steur op vragen van Kamerlid Marith Rebel. Op de website www.meldpuntverdacht.nl wordt ten onrechte de suggestie gewekt dat verhuurders een onderzoeksplicht hebben naar het gebruik van hun panden. Doen zij dat niet dan zouden zij strafbaar zijn. Aan die strafbaarheid zou te ontkomen zijn door te controleren en die controles bij de genoemde website te registreren. De minister maakte aan die suggesties een einde: er is geen algemeen geldende onderzoekplicht en een verhuurder is pas strafbaar als hij ernstige vermoedens heeft of weet dat er in zijn pand wiet geteeld wordt. Bovendien hoeven verhuurders hun controles niet te registreren. Dat neemt uiteraard niet weg dat verstandige verhuurders wel opletten aan wie zij een pand verhuren.

Warenwet

Op grond van de Warenwet worden eisen aan producten gesteld om te voorkomen dat die de gezondheid of veiligheid van consumenten in gevaar brengen. Deze wet wordt door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) gehandhaafd. De NVWA controleert bedrijven en kan bij overtreding van de Warenwet actie ondernemen. Dat varieert van het geven van een waarschuwing tot het opleggen van een boete. Nu kan op grond van de huidige Warenwet maximaal een boete van 4500 euro worden opgelegd. Daar gaat voor veel grotere ondernemingen nog nauwelijks een dreiging van uit. Dit was de reden waarom de regering bij monde van minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het boeteplafond wil optrekken naar 81.000 euro. Hoewel PvdA-Kamerlid Sjoera Dikkers dit een stap in de goede richting vindt, gaat het haar niet ver genoeg. Ook een boete van 81.000 zal de grootste ondernemingen er niet van weerhouden de wettelijke eisen te negeren. Een overtreder kan er dan op economische gronden nog steeds voor kiezen om liever een boete te betalen dan de eisen van de wet na te leven. Dikkers heeft dan ook een amendement ingediend (dat is aangenomen) op grond waarvan de maximale boete in de Warenwet uit gaat komen op 810.000 euro. Dit moet ervoor zorgen dat bedrijven zich wel zullen bedenken voordat zij onzorgvuldig met voedselveiligheid omgaan of een boete zelfs op de koop toe nemen. De hoogte van deze boete is niet ongebruikelijk. Boetes van dergelijke omvang (of nog hoger) kunnen al uitgedeeld worden in het kader van het strafrecht. Ook andere toezichthouders kunnen al hoge boetes uitdelen. De Autoriteit Consument en Markt (ACM) kan op grond van de Mededingingswet of de Wet Oneerlijke Handelspraktijken bijvoorbeeld al veel hogere boetes opleggen.

Foto: Nationale Beeldbank

ton.pngDeze rubriek wordt samengesteld door Ton Langenhuyzen (beleidsmedewerker Tweede Kamerfractie) 

Contactgegevens Ton:
T. 070-3182792
M. [email protected]