Nederlanders zijn het volk van de verzekeringen. Tegenover elk risico staat een verzekering. Of het nu gaat om een annuleringsverzekering voor je vakantie, een ziektekostenverzekering met een scala aan mogelijkheden om deze uit te breiden, een overlijdensrisicoverzekering, een verzekering tegen slecht weer, een verzekering voor je i-pad, je telefoon of voor het overlijden van de hond of kat.
We willen elk mogelijk risico kunnen beheersen en vermijden. Althans zo lijkt het. Ook bij de invoering van de decentralisaties. Aan de ene kant weet je dat bij zo’n grote verandering altijd wel ergens een fout wordt gemaakt. Aan de andere kant is iedereen erop gespitst om te voorkomen dat er iets mis gaat. Gaat er wel iets fout dan zorgen we dat de effecten zo klein mogelijk zijn.
De media spelen hierin een geheel eigen rol. ‘Nieuwsuur kost ons geld’, zei een van onze Kamerleden eens. De media zijn er op gericht de mogelijke risico’s zo groot mogelijk weer te geven en vooral niet te vertellen wat er wél goed gaat. Ze hebben er, zeker in relatie tot de zorg, zelfs een vast format voor ontwikkeld. Voor de camera vertelt een cliënt of zorgverlener in tranen wat er niet goed is gegaan en hoe hij of zij er niet in is geslaagd een oplossing te vinden. Een deskundige vertelt het verhaal van de cliënt of zorgverlener nog een keer in andere woorden en wijst er daarbij op dat dit iedereen kan overkomen (risico uitvergroting). Als laatste schreeuwen Kamerleden het onrecht van de daken. Ze stellen schriftelijke vragen op en gebruiken het vragenuurtje om de kwestie aan de kaak te stellen. Maar het liefst vragen ze direct een spoeddebat aan om zo de schijn te wekken dat zij ervoor zorgen dat dit nooit meer zal gebeuren. Dit format speelt in op angst, de deskundige dikt dit gevoel van risicodreiging nog een keer aan en Kamerleden gaan ermee op de loop.
Maar als het bij de WMO niet goed gaat, staan er lokaal mensen klaar om te kijken hoe dit het beste kan worden opgelost. Gemeenten doen dit bijvoorbeeld door cliënten te helpen met het opstellen van hun pgb-declaratie voor de sociale verzekeringsbank (SVB). Er zijn ook gemeenten die een noodfonds hebben waaruit ze de cliënt of de zorgverlener kunnen ondersteunen als het met hun pgb-declaratie bij de SVB niet goed is gegaan. Waar gemeenten een goede samenwerking hebben ontwikkeld met de SVB, bijvoorbeeld door als gemeenten zelf ook iemand in te zetten voor de oplossing van problemen, gaat dit goed. Maar dat horen we niet in de media. Goed nieuws is immers geen nieuws. Risicobeheersing en de afname van risicodreiging trekt geen kijkers, verkoopt geen kranten en levert geen nieuwe schandalen op. Kamerleden zouden zich dit moeten realiseren en niet meteen spoeddebatten moeten aanvragen. In de gedecentraliseerde wereld is het de gemeenteraad die aan de wethouder hoort te vragen: hoe heeft u dit aangepakt. Het risico en de verzekering zijn immers een decentrale verantwoordelijkheid geworden.
Afbeelding: Hollandse Hoogte