De tweede feministische golf ligt alweer even achter ons. Sindsdien stond de tijd gelukkig niet stil. Er studeren inmiddels meer vrouwen dan mannen aan de universiteit en ze halen ook nog eens hogere cijfers. En toch: dat glazen plafond wordt maar niet doorbroken. Als Kamerlid pakt Kirsten van den Hul (nummer 8) de handschoen op.
Wat is de belangrijkste reden dat je de Kamer in wilt?
‘Ik neem me de woorden van Agnes Jongerius ter harte: vrouwen moeten vaker hun vinger op steken en hun beurt opeisen. Maar één op de drie Kamerleden is vrouw. Ik geloof in een representatieve democratie. Dus we moeten wat doen aan die verhouding. Het is nu honderd jaar geleden dat de grondwet werd gewijzigd en vrouwen kiesrecht kregen, dat we nu nog steeds geen 50-50 verhouding hebben vind ik erg. Alleen de PvdA en GroenLinks hebben dat nu wel.’
Wil je je in de Kamer ook met vrouwenemancipatie bezig houden?
‘Emancipatie staat niet op zich, dat zou je overal in terug moeten kunnen zien.’
Welke portefeuille wil je? Want de portefeuille ‘alles’ bestaat niet?
‘Ik ben Oost-Europa deskundige en arabist, ik heb veel internationaal gewerkt, maar bijvoorbeeld ook in de culturele sector. Ik beperk me nog niet.’
Waarom wil vrouwenemancipatie eigenlijk maar moeilijk van de grond komen?
‘We hebben natuurlijk heel veel bereikt de afgelopen eeuw. Toen mijn oma geboren werd hadden vrouwen nog geen kiesrecht, onder mijn moeder was dat er wel, maar waren vrouwen nog handelingsbekwaam, en ik ben nu kandidaat-Kamerlid. De tijden zijn veranderd.’
De tijden zijn veranderd, maar het duurt allemaal erg lang
Maar..?
‘Het is taai.’
Welke concrete maatregelen zijn er nodig?
‘Er zijn verschillende niveaus waar iets moet gebeuren. Maar als we naar het lokale niveau kijken, dan begint het al bij de vertegenwoordiging in het lokaal bestuur. In 2016 was 28% van de raadsleden vrouw, 22% van alle wethouders en 23% van alle burgemeesters. Dat is niet goed genoeg. Om nog maar te zwijgen van de 8% die Commissaris van de Koning is of de 14% die voorzitter van een waterschap is.’
Maar hoe pak je dat aan?
‘Kweekvijvers opzetten, lokale rolmodellen zichtbaar maken, zorgen dat vrouwen spreken op congressen, dat vrouwelijke raadsleden in educatieprojecten op scholen worden ingezet. Het is simpel: ‘You can’t be what you can’t see.’ Dat geldt zeker ook voor de politiek. Veel mensen schieten in de verdediging als het om emancipatie gaat, maar het is niet belangrijk omdat het moet, maar omdat het werkt.’
Wat kan de Kamer doen?
‘Daar spelen andere issues. Het gebrek aan vrouwen aan de top bij publieke instellingen en de ongelijke beloning spelen nog steeds, net als de onevenredige verdeling van arbeid en zorg.’
Is bijvoorbeeld langer vaderschapsverlof een goed idee?
‘Ik pleit voor 3 maanden vaderschapsverlof. Dan sla je verschillende vliegen in één klap: je kunt er meer zijn voor je kind, een reden van zwangerschapsdicriminatie wordt weggenomen en er komt een gelijkere verdeling van arbeid en zorg. Er spelen trouwens ook andere zaken op dat gebied, maar dan gerelateerd aan armoede. Er zijn meer vrouwen met een bijstandsuitkering dan mannen. Eén op de vier alleenstaande moeders heeft een bijstandsuitkering. Je moet dan dus beleid maken dat specifiek gericht is op vrouwen.’
Wat dan bijvoorbeeld?
‘Er is maatwerk nodig om alleenstaande moeders aan het werk te krijgen. We zijn met een projectteam vorig jaar door heel Nederland getrokken om concrete afspraken te maken met werkgevers, gemeenten en vrouwen om te zorgen, dat die laatsten meer uren aan het werk te gaan. Vrouwen blijken dat te willen en werkgevers zoeken er ook naar. Soms vergt dat extra opleiding. Dus dan moet je ook kijken naar concepten als een leven lang leren.’
Met een langer vaderschapsverlof sla je twee vliegen in één klap
Hoe kunnen onderwijswethouders daarbij worden bijgestaan?
‘Sowieso door te weten wat er speelt. Dat is niet altijd makkelijk. Herintredende vrouwen zijn niet altijd in beeld bij gemeenten. Vrouwen vinden de drempel ook vrij hoog: volwassenenonderwijs zit bij een ROC en dan moet je eerst langs shag rokende jongens naar de inschrijfbalie. Daarom is dat maatwerk zo belangrijk.’
Een portefeuille emancipatie zou zo gek niet zijn al met al?
‘Wat er ook bij moet, is het thema geweld. Eén op de drie vrouwen krijgt daarmee te maken. Er zijn allerlei taboes omheen. En er is handelingsverlegenheid bij hulpverleners die niet weten wat ze moeten doen. De aangiftebereidheid is vaak laag, mede doordat vrouwen soms economisch niet zelfstandig zijn. Ze zitten in een afhankelijkheidsrelatie waardoor ze maar blijven. Dit moeten we blijven agenderen. Het is een van de emancipatiethema’s van nu: iedereen heeft het recht om op te groeien in een veilig huis.’
Afbeelding: Shutterstock