Een hele tijd geleden verscheen het rapport Schuivende panelen. Binnen de PvdA deed het nogal wat stof opwaaien. Volgens het rapport waren we een partij van drammers geworden. De panelen moesten gaan schuiven, om weer te ‘kunnen regeren’, om met minderheidsstandpunten om te kunnen gaan en afscheid te nemen van de meerderheidsstrategie. Meer dan voorheen werd het belang van identiteitsorganisaties gezien.
Het rapport is veertig jaar na dato natuurlijk niet meer helemaal up-to-date, maar de vraagstukken waar men een antwoord op probeerde te geven, zijn dat zeker wel. Hoe de sociaal-democratie zich dient te verhouden tot technologische ontwikkeling, internationalisering, individualisering en het behoud van de natuur: het zijn nog steeds razend actuele kwesties.
Maar Schuivende panelen ging verder. Om die sociaal-democratische idealen te verwezenlijken moest onze manier van politiek bedrijven anders. We waren te overtuigd van ons eigen gelijk en te weinig compromisbereid. Drammen in plaats van coalities sluiten. Het was in die jaren tachtig de valkuil van menig sociaal-democraat. Een weinig productieve manier van politiek bedrijven: iedere politicus heeft wel eens ervaren dat drammen zelden sympathie opwekt en vooral tot rode koppen leidt.
De versplintering en noodzaak tot compromissen in het steeds verder vervlakkende partijlandschap zal zeker een rol hebben gespeeld, maar vergeleken met veertig jaar geleden is er wel degelijk veel veranderd. We hebben de aanbevelingen van Schuivende panelen tot ons genomen. Zeker bij de PvdA weten we dat ‘we’ vooral niet te eigenwijs, betweterig en arrogant moeten overkomen.
Alleen is de vraag nu of dat altijd de juiste houding is. Zijn sommige zaken niet enig drammen waard? Sinds de jaren tachtig is onze samenleving behoorlijk verhard. Onder het mom van de vrijheid van meningsuiting, het opkomen voor jezelf en onder invloed van min of meer aardse middelen wordt ambulancepersoneel belaagd, nagelen mensen zorgmedewerkers om niets aan de schandpaal en worden politici beledigd, beschimpt en gediscrimineerd. Dit kan niet: vroeger niet, vandaag niet en ook morgen niet.
Laten we hierin helder zijn: bij dit soort zaken doen we nooit water bij de wijn en moeten we weer de drammers van weleer worden. Door social media ligt iedereen, tot in het kleinste dorp, onder een vergrootglas. Betekent dit dan dat we uit angst voor vervelende reacties dan maar niets moeten posten? Of laten we ons niet afschrikken door het immorele gedrag van de ander en laten we weten wat wij ervan vinden? Als samenleving moeten we hier een antwoord op geven, en als sociaal-democraten zouden we moeten weten wat.