De patriciër keert terug. Leeuwarden heeft gekozen en het is Buma geworden. Daarmee treedt hij in de voetsporen van zijn illustere voorvader die al in de eerste helft van de negentiende eeuw burgemeester van Leeuwarden was. Zijn naam zong al enige tijd rond, dus een complete verrassing was het niet.
Ongetwijfeld heeft de gemeenteraad in alle wijsheid besloten en was hij de beste kandidaat. Maar toch voelt het niet als iets waarmee je Ljouwert zou moeten feliciteren. Buma roept het beeld op van het verleden, van de geschilderde portretten van stijve mannen zonder glimlach op hun gezicht, die nors de wereld inkijken en met rechte rug hun macht uitoefenen. En dat gun je Leeuwarden niet. Leeuwarden heeft juist in de laatste jaren een bepaalde schwung gekregen, een moderne progressieve uitstraling.
De tijd zal leren of deze match van de patriciër van weleer met een stad met Europese allure gaat werken. De klik met de stad of met het gebied waar hij of zij eerste burger van is, is best wel belangrijk. Als burgemeester moet je passen bij je gemeente. Het moet natuurlijk aanvoelen. Niet iedereen heeft dat automatisch.
Het is de grootste handicap van Femke Halsema, zoals afgelopen donderdag maar weer eens bleek. Gemakkelijk is het niet om burgemeester te zijn van de hoofdstad, terwijl een deel van de bevolking een petitie tegen je komst heeft getekend. En dat daar allemaal argumenten bij worden gehaald die niets met je bestuurlijke kwaliteiten te maken, is ook niet prettig. Maar feit is dat het ‘Ajaxieden’ op het Museumplein absoluut niet overtuigend uit haar mond kwam en dat haar toespraken je zelden weten te raken.
Paulien Krikke heeft dat ook een beetje. Er lijkt geen natuurlijke verbintenis tussen persoon en stad te zijn. Ze heeft haar handen vol het laveren en overleven in de Hofstad. Regelmatig leidt dat tot gehaspel zoals rond de oudjaarsbranden op Scheveningen of de soms bedroevende wijze waarop een debat wordt geleid.
Zowel Krikke als Halsema hebben geen relaxed contact met hun inwoners, het is altijd wat stroef en afstandelijk. Bij Buma zal het vermoedelijk ook zo gaan. En dat terwijl we ook zoveel andere voorbeelden hebben waar de klik tussen stad en burgemeester wel natuurlijk is. Eberhard had dat en Ahmed Aboutaleb heeft dit.
Net als Frans Timmermans dat heeft met Europa. Die klik kan niet groter. Europa hoort bij Frans en Timmermans hoort bij Europa, een natuurlijk partnerschap. En juist omdat het zo vanzelfsprekend is en zo van nature gaat, wekt het afgunst op. Zoals bij plaatsgenoot Ron, die voorzitter van een partij in nood is. Dan ga je om je heen schoppen. Alles om de aandacht van jezelf af te leiden. Iets waar iedereen in de top van de SP behoefte aan heeft. Juist omdat ze allemaal in een rol zitten die hen niet past. Zelfs als je je vader opvolgt is, is dat geen garantie op succes. De kiezer ziet het en prikt er doorheen.
En Frans? Die groeit alleen maar in zijn rol om binnenkort onze sociaal-democratische idealen in Europa te gaan verwezenlijken. Laat de verkiezingen maar komen.
Afbeelding: PvdA Flickr