De bitcoin is hot. Minder hot dan in december toen de koers richting de $ 20.000 ging, maar met zo’n $ 11.000 nog steeds buitengewoon interessant voor iedereen die snel veel geld wil verdienen. Of geld wil witwassen natuurlijk. Deze week hield de Tweede Kamer daarom een hoorzitting. Bitcoins, blockchains, mining en wallets: de ingewikkelde termen vlogen weer in het rond.
Ook de dollartekens waren weer in veel ogen te zien. Maar gelukkig waren er eveneens experts uitgenodigd die kritische kanttekeningen plaatsten. Van de Nederlandse Bank begreep ik bijvoorbeeld, dat de bitcoin helemaal geen munt is. Volgens hen moet je met een munt kunnen rekenen, betalen en sparen. En dat kan met de bitcoin helemaal niet. Behoorlijk verwarrend allemaal, maar ik ben dan ook geen expert.
Nog verwarrender is het dat de voorstanders van bitcoins het zelf niet helemaal precies lijken te weten. Rutger Zuidam, dé blockchainkenner, roept op om ‘geen innovatie weg te gooien voordat we echt begrijpen wat de mogelijkheden zijn.’ Hij stelt dat cryptogeld programmeerbaar geld is en dat we zelf de spelregels kunnen bepalen.
Wat wel steeds duidelijker wordt, zijn de kosten. De energiekosten wel te verstaan. Want die zijn volgens de economen van de ING enorm. Toegegeven, de economen horen bij de traditionele geldhandelaren en preken wellicht voor eigen parochie. Maar ook andere deskundigen waarschuwen voor het stroomverbruik. Zo zou één transactie in de blockchain volgens de ING neerkomen op het maandelijkse stroomverbruik van een gemiddeld gezin. En verbruiken alle bitcoins samen evenveel stroom als Ierland. En waarschuwen de deskundigen: zolang steeds meer mensen bitcoins gaan delven, zal dat alleen maar meer worden.
Dat geeft toch wel te denken. Met de klimaatcrisis en de opwarming van de aarde moeten we met zijn allen zuiniger zijn en minder uitstoten. Onze huizen moeten van het gas af en beter geïsoleerd worden, onze auto’s zuiniger of zelfs helemaal elektrisch, ons afval moeten we beter scheiden en ons eten moet minder vlees bevatten. Erg belangrijk en het gaat de goede kant op. Maar dan kunnen we natuurlijk niet toestaan dat alle energiebesparing teniet wordt gedaan voor een cryptomunt die nu voornamelijk bij boeven en golddiggers populair is.
De gemeente Eemnes denkt daar anders over. Zij zien vooral de kansen van de blokchaintechnologie. Vol trots kondigden ze aan dat honderden huishoudens op basis van deze stroomverslindende technologie met virtuele munten stroom aan elkaar kunnen gaan verkopen. De logica ontgaat me. Want om duurzaam opgewekte energie via zonnepanelen te verhandelen heb je immers extra zonnepanelen nodig om die virtuele munten te delven. En dan gaat het niet om een paar panelen, maar om een heleboel.
Bij bitcoins zou het volgens mij dus niet moeten gaan om de vraag of het al niet een munt is, maar of die energieverspilling in deze tijd nog wel kan. Zo heb ik wel vaker het idee dat een discussie de kern van het probleem niet raakt. Bij Lelystad Airport hebben we het niet over de vraag of we met het oog op de klimaatverandering nog wel zoveel moeten vliegen. En of de prijs van een vliegticket niet meer in verhouding moet staan met de daadwerkelijke milieukosten. Niemand hoor je over het belasten van kerosine en niemand hoor je over het aantrekkelijker maken van alternatieven als de trein. Niemand, terwijl het daar toch over zou moeten gaan.
Afbeelding: Peter Hilz | Hollandse Hoogte