Je zult op dit moment maar raadslid, wethouder of burgemeester zijn. Aan de ene kant staat de boze buurman en aan de andere kant de bus met vluchtelingen. Je voelt de noodzaak om ook met jouw gemeente bij te dragenaan de opvang van vluchtelingen. Solidariteit staat bij de PvdA immers hoog in het vaandel. Maar je wilt ook niet over de hoofden van je dorpsgenoten heen praten. Draagvlak voor de opvang is essentieel.
De vluchtelingenopvang lijkt de samenleving te verdelen in voor- en tegenstanders. Maar dit beeld is te eenzijdig. Beide groepen geven allerlei nuanceringen bij hun standpunt. De opvang van vluchtelingen is prima, maar niet als het gaat om gelukszoekers. Mensen zijn vóór de opvang van gezinnen maar tegen de opvang van alleenreizende mannen. Vluchtelingen zijn welkom maar niet als de WOZ-waarde van mijn huis hierdoor daalt, niet als er onruststokers tussen zitten, niet als het in mijn achtertuin is,niet als mijn veiligheid in het geding is. Maar we zijn geen racisten, dat dat wel duidelijk is. Deze tegenvariant kent nog andere verschijningsvormen: de demonstratie van Pegida in Utrecht, de schermutselingen in Woerden en Enschede en het gekrakeel in Zeewolde en Weert zijn maar een paar trieste voorbeelden. En soms gaat het er wat ‘beschaafder’ aan toe, zoals in Den Haag waar vluchtelingen worden geweerd uit de rijke wijk Benoordenhout en het Brabantse Oudenbosch. Daar hebben rijke inwoners het plan opgevat om de locatie die in beeld was voor noodopvang zelf te kopen. ‘Geen enkele wethouder woont in onze kern. Willen zij de asielzoekers wel in hun achtertuin?’ Met deze woorden vat een van de initiatiefnemers het probleem samen. Als er geen vluchtelingen in het dorp van de wethouder komen, dan ook niet in my backyard. En dan heb je ook nog lokale partijen die steeds vaker nee zeggen omdat ze ‘luisteren naar de burgers’. Hiermee houden ze geen rekening met de burgers van buurgemeenten, laat staan met de vluchtelingen zelf.
Ook onder voorstanders zijnveel nuanceringen te vinden. Of misschien kun je het beter wensen noemen. Zo willen ze in sommige gemeenten alleen vluchtelingen opvangen die het meeste op henzelf lijken (Ons Soort Mensen). Zoals de SGP in Rijssen-Holten aangaf: ‘De SGP wil het liefst christelijke vluchtelingen’. Dit is de gemeente waar de burgemeester werd bedreigd en waar een ouder zijn kind thuishield van school omdat hij bang was voor ziekte door de komst van de vluchtelingen. Want, zo zei hij, in Rijssen wonen veel ouders die hun kinderen vanwege geloofsovertuigingen niet laten inenten. Amsterdam hoopt vooral op hoger opgeleide vluchtelingen en in de Haarlemmermeer zien ze de opvang van vluchtelingen vooral als een taak voor krimpregio’s. Misschien niet helemaal het not in my backyard-principe, maar het lijkt er wel op.
Werken met lijstjes van gemeenten die voor- of tegen zijn heeft geen zin. Het ligt veel genuanceerder. Want waar zijn inwoners dan precies voor of tegen en waarom? Zijn dat de vluchtelingen, is dat de komst van een AZC of gaat het om de grootschaligheid van de voorzieningen? Is het een gebrek aan draagvlak onder de bewoners of een gebrekkige communicatie? Alles speelt een rol.
Het is een mondiaal probleem dat zo ingewikkeld is dat ook onze Europese leiders er niet uitkomen. Onze nationale leiders zijn (soms) afwezig of vliegen een enkele keer uit de bocht. Maar bovenal zijn ze voorzichtig en genuanceerd. Ze willen begrip tonen voor de tegenstanders zonder hun eigen idealen te verloochenen. En ondertussen worden we gegijzeld door die ene man met dat lelijke geblondeerde kapsel die alle peilingen aanvoert. We kunnen deze trend niet meer afwimpelen met de opmerking dat het maar peilingen zijn. Het is een reëel gevaar dat de PVV de grootste partij in Nederland wordt. En stel dat dat zou gebeuren, wat betekent dat dan voor alle gemeenten die nu de verantwoordelijkheid nemen om de opvang goed te regelen? Gemeenten waar soms zelf teveel vrijwilligers zijn die zich willen inzetten voor de opvang van vluchtelingen. Waar raadsleden, wethouders en burgemeesters niet afhaken bij bedreigingen of boze burgers, maar samen met hun inwoners zoeken naar oplossingen…
In de wereld van het nieuwe mededogen stikt het van de initiatieven om anderen te helpen, om de vluchtelingen een warm welkom te geven. Van kinderen die tekeningen maken, tot buurtbarbecues, schoenen inzamelingen, slaapzakken die naar vluchtelingenkampen worden gebracht en vrijwilligers die de Nederlandse taal onderwijzen of vluchtelingen in hun eigen huis opvangen. Lokale gemeenschappen hechten aan kleinschalige opvang. En of het dan een AZC of noodopvang is dat maakt niet zoveel uit. Kleinschaligheid geeft het idee van verhouding, balans, overzicht. Wellicht is het iets minder makkelijk te organiseren, maar wel wenselijk. Veel mensen helpen mee en zijn betrokken. Niet omdat ze de wereldproblemen kunnen oplossen, maar wel omdat ze echt willen helpen. Ze willen laten zien dat Nederland meer is dan een stelletje relschoppers en een man met geblondeerd haar.
Afbeelding: Nationale Beeldbank