Tweede Kamerlid Glimina Chakor wil meer geld voor het gemeentefonds en het hanteren van de vermogensgrens voor de Partcipatiewet voor kwijtschelding van de gemeentebelastingen laat nog even op zich wachten. Dat meldt senior beleidsmedewerker Ton Langenhuyzen vanuit de Tweede Kamer waar hij voor Lokaal Bestuur het nieuws volgt.
Financiën decentrale overheden
Onder dit wat droog klinkend kopje gaan veel problemen schuil. De financiën van de decentrale overheden krijgen in het Haagse vaak pas de aandacht als het al te laat is. Namelijk wanneer gemeenten bij gebrek aan financiën in hun voorzieningen moeten snijden.
Het gaat dan niet om de wettelijke taken van gemeenten zoals de uitvoering van de WMO, de Participatiewet of de jeugdhulp. Hierin zit weinig bezuinigingsruimte. Waar de ruimte wel is te vinden: voorzieningen als bibliotheken, zwembaden, groenvoorziening, onderhoud van wegen.
Het probleem speelt al langer. Onder het kabinet Rutte IV trokken gemeenten al aan de bel vanwege een voorgenomen greep uit de gemeentekas. Het is hier niet de plaats om in detail daarop in te gaan, maar dat 2026 het ravijnjaar wordt genoemd, geeft al aan dat gemeenten financiële rampspoed voorzien. De reactie die de Vereniging Nederlandse Gemeenten onlangs in een brief aan hun leden schreef, geeft inzicht in het ontstaan en de gevolgen van de problemen.
Het kabinet-Schoof biedt vooralsnog weinig perspectief op verbetering. Hoewel er op pagina 90 van het Regeerprogramma onder het kopje ‘Oog voor sterk bestuur en medeoverheden’ mooie woorden staan, is er geen sprake van boter bij de vis. In plaats van extra budget voor gemeenten vind je vooral tegenvallers. De te lage compensatie van gemeenten vanwege de inflatie wordt niet alsnog rechtgetrokken. De specifieke uitkeringen (spuk) worden grotendeels met 10 procent gekort nog voordat duidelijk is of samenvoeging bij de algemene uitkering van het Gemeentefonds wel zoveel efficiencywinst oplevert. Genoeg aanleiding om minister Judith Uitermark van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, BZK, hierover aan de tand te voelen.
Miljard extra
De eerste gelegenheid daartoe bood het commissiedebat over de financiën van decentrale overheden van afgelopen dinsdag. Glimina Chakor voerde daar namens GL-PvdA het woord. Als oud-wethouder van Groningen kent zij de gevolgen van een verder financieel uitgeklede lokale overheid precies. Samen met de SP heeft Chakor een amendement ondertekend om voor het komend begrotingsjaar, 2025, alvast 1 miljard euro aan het Gemeentefonds toe te voegen. Dekking hiervoor haalt zij uit een verhoging van de vennootschapsbelasting van bijna 1 procent.
Het debat van afgelopen week is een aanloop naar de begrotingsbehandeling van BZK. De financiering van gemeenten komt daarin weer prominent aan de orde. Dan wordt ook duidelijk of gemeenten meer financiële armslag krijgen. Chakor spant zich daar in elk geval voor in.
Tornen aan vermogensgrenzen
Utrecht mag niet op eigen initiatief de vermogensgrens voor iedereen met een laag inkomen verruimen. Dat heeft de Raad van State onlangs bepaald.
Wie te weinig geld heeft om van te kunnen leven, kan op grond van de Participatiewet een bijstandsuitkering aanvragen. Daarvoor geldt wel onder meer een vermogensgrens. Voor samenwonenden gaat het om ongeveer 15.000 euro. Voor alleenstaanden geldt een grens van zo’n 7600 euro.
Mensen met een te smalle beurs kunnen ook in aanmerking komen voor kwijtschelding van gemeentelijke belastingen. Maar daarvoor bepalen andere landelijke regels – die van de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 – de maximale hoogte van het spaargeld. Deze limiet ligt beduidend lager dan de vermogensgrens voor de Participatiewet: samenwonenden mogen volgens deze wet maximaal rond de 4550 euro spaargeld hebben en alleenstaanden 3440 euro om voor kwijtschelding in aanmerking te komen.
De gemeenteraad van Utrecht had de lokale ‘Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen’ in het leven geroepen. Daarin werd bepaald dat iedereen met een laag inkomen die onder de vermogensnorm van de Participatiewet blijft, in aanmerking komt voor kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen. De extra ruimte die de gemeenteraad hiermee wil geven om van meer mensen de gemeentelijke belastingen kwijt te schelden, botst met de landelijke regels. De oud-minister van BZK, Hugo de Jonge, vernietigde de Utrechtse verordening. Daarop is Utrecht in beroep gegaan, maar de Afdeling bestuursrecht van de Raad van State heeft de oud-minister in het gelijk gesteld. Het is Utrecht niet toegestaan om eigen regels te stellen over kwijtschelding van gemeentelijke belastingen.
Begrip
Tegelijkertijd toont de RvS begrip voor de wens om inwoners met een inkomen op bijstandsniveau de mogelijkheid te geven een degelijker financiële buffer op te bouwen voor onverwachte uitgaven. De Raad verwees naar de Tweede Kamer. Die heeft in het voorjaar de motie van Sandra Palmen (NSC) en Mohammed Mohandis aangenomen. De motie roept de regering op de vermogensgrenzen van lokale belastingen gelijk te stellen aan die van de Participatiewet. Maar zolang de landelijke regels niet zijn herzien, mag Utrecht daar niet op vooruit lopen, aldus de RvS.
Esmah Lahlah heeft met haar collega Merlien Welzijn (NSC) schriftelijke vragen gesteld aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de minister van BZK. De bewindspersonen hebben begrip voor de wens om een en dezelfde vermogensgrens te hanteren. Maar de regering gaat die motie niet meteen uitvoeren; minister Uitermark laat eerst een haalbaarheidsonderzoek uitvoeren. Wat daar uitkomt, is pas in 2025 duidelijk. Met andere woorden: Wordt vervolgd.