Het was deze week weer een vrolijke boel bij het teamuitje van het kabinet. Vrolijke gesprekken over de vakantiebelevenissen en -kiekjes. Vrolijke verslaggevers, inclusief ludiek fotomomentje. De aandacht ging dit keer eens niet uit naar serieuze politieke zaken, maar naar de schoenen en dan vooral de sneakers met gekleurde veters. O, en de verschillende merken van de spijkerbroeken werden ook besproken.
Heerlijk, even het hoofd leegmaken en een moment van bezinning. Uitzoomen en kijken waar de grote onderwerpen liggen. En natuurlijk, de begroting, daar moet ook over worden gesproken. Dit jaar geen harde koopkrachtbeloftes. Nee, het kabinet heeft geleerd van haar vorige beloftes: ‘Als er een strenge winter komt, zal de energierekening hoger zijn.’ Maar over het algemeen is men goedgemutst. Het wordt even puzzelen, maar ‘de financiële ruimte is er.’
En juist dat is zuur voor de gemeenten. Want net als het kabinet zijn de colleges op dit moment allemaal bezig met hun begroting. Alleen dan wel onder een totaal ander gesternte. Waar het Rijk financiële ruimte heeft, kampen de meeste gemeenten met name op het sociaal domein met enorme tekorten. Een sluitende begroting rondkrijgen is zonder harde keuzes een onmogelijke opgave. De keuze om te snijden in de voorzieningen van je gemeente of om het onderhoudsniveau nog wat verder uit te hollen.
In tegenstelling tot het kabinet doen veel colleges dus wel ‘harde’ beloftes aan hun raden en inwoners. Soms tegen beter weten in. Over de beheersing van de uitgaven in het sociaal domein bijvoorbeeld. Een loze belofte, want hulp moet worden gegeven als die nodig is. Goedkoper inkopen kan niet en nog meer marktwerking zal geen enkel soelaas bieden.
Nee, daar zit geen financiële ruimte. Sowieso kan je aan de inkomstenkant geen al te gekke dingen doen. Met de recente stikstofuitspraak zit de woningmarkt nog verder op slot. En ondanks dat een aantal gemeenten toch weer actieve grondpolitiek bedrijft – de afwaarderingen op gronden uit de vorige crisis zijn immers net verwerkt -, zit ook daar weinig rek in.
Het kabinet straalt ondertussen van zelfgenoegzaamheid. Volgens de politieke commentatoren is de interne stabiliteit sterker dan ooit. Door alle harde keuzes die gemaakt moeten worden, is die stabiliteit bij veel colleges inmiddels ver te zoeken. Wie wil er nu een zwembad sluiten of het jongerenwerk afknijpen?
Natuurlijk heeft het kabinet nog wat grote ‘uitvoeringskwesties’ die om een antwoord vragen. Denk aan het klimaatakkoord, de krapte op de arbeidsmarkt, de schaarste op de woningmarkt of de gevolgen van de stikstofuitspraak. Maar en daar wordt het echt pijnlijk: dit zijn allemaal kwesties die de lokale overheid direct raken en de druk op de lokale financiën vergroten. Daarom is het meer dan jammer dat juist die lokale financiën niet tot de grote onderwerpen van het kabinet lijken te horen.
Tekorten op het sociaal domein worden beantwoord met incidentele douceurtjes, terwijl de aandacht alweer uitgaat naar Trump, die Groenland niet kan kopen, een lijndienst tussen Schotland en de Eemshaven, de koffer van Heleen Mees en de verdere ontmaskering van de ware aard van Thierry Baudet. Aan ons de taak om het kabinet scherp te houden. Als het om de lokale financiën gaat, kan Rutte III wel wat bezinning gebruiken.
Afbeelding: Werry Crone | Hollandse Hoogte