Uit de Kamer
Waar vult de Kamer haar dagen eigenlijk mee? En zijn er nog zaken die extra aandacht van lokale bestuurders verdienen? Eens in de maand licht senior-beleidsmedewerker Ton Langenhuyzen twee interessante zaken uit de schijnbaar onuitputtelijke stroom van moties, amendementen en spoeddebatten. Ditmaal over bonje met de buren en het afschaffen van de gemeentelijke belastingheffing op ondergrondse leidingen.
Woonoverlast
Het staat al sinds mensenheugenis in de ergernis top-10: woonoverlast. Veel Nederlanders hebben last van buren die lawaai maken, de buurt intimideren, rotzooi maken of andere hinder veroorzaken. Niet gek dus, dat de Kamer dit al jaren probeert aan te pakken. Zo schreef Attje Kuiken in 2009 nog een nota met voorstellen hierover en is de wetgeving in de loop der jaren aangevuld met een hele gereedschapskist aan mogelijke maatregelen. Natuurlijk: eerst moeten buren er zelf uit proberen te komen, maar als dat niet lukt kan de gemeente bemiddeling inschakelen, de wijkagent inzetten en waarschuwingen afgeven. En mocht ook dat niet succesvol blijken, dan zijn paardenmiddelen als het opzeggen van het huurcontract en de definitieve uithuiszetting denkbaar. Juridisch en ook praktisch ligt dat ingewikkeld: wat bijvoorbeeld te doen als een overlastgever eigenaar van de woning is?
Bovendien is er geen middenweg. Instrumenten, die tussen de meer zachte en soms ook wat vrijblijvende aanpak en paardenmiddelen inzitten, ontbreken. VVD-Kamerlid Ockje Tellegen wil daarom dat er een instrument bij komt. Zij wil de burgemeester de mogelijkheid bieden om aan ernstige overlastgevers een gedragsaanwijzing te geven. Wanneer de overlastgever deze gedragsaanwijzing niet na komt, moet deze een dwangsom betalen of neemt de gemeente op kosten van de overlastgever maatregelen waarmee de overlast beëindigd kan worden.
Ook de PvdA-fractie laat zich niet onbetuigd. Kamerlid Ahmed Marcouch, die eerder overwoog zelf een initiatiefwet tegen woonoverlast in te dienen, heeft zijn idee in het voorstel van Tellegen weten te krijgen. Marcouch wil dat hardnekkige overlastplegers die niet meer voor rede vatbaar zijn tijdelijk uit hun huis gezet kunnen worden. Een tijdelijk huisverbod maakt indruk op de overlastgever en zal hem of haar hopelijk tot inkeer brengen. Tegelijkertijd voorkomt deze tijdelijke maatregel dat iemand definitief uit huis wordt gezet.
Marcouch wil notoire overlastgevers tijdelijk uit huis kunnen zetten
Hoewel de behandeling van de initiatiefwet nog bezig is, lijkt de wet er in de Tweede Kamer doorheen te komen. Als later ook de Eerste Kamer akkoord is, moeten notoire overlastgevers dus op hun tellen passen om niet voor een bepaalde tijd uit huis gezet te worden.
Precariobelasting
De precariobelasting dient als vergoeding voor het gebruik van de openbare grond. Naast belasting op bijvoorbeeld reclameborden, terrassen of luifels boven de openbare grond, wordt die ook geheven op leidingen in de grond. Inmiddels heffen maar liefst 230 gemeenten die precariobelasting. Ook de totale opbrengst is gegroeid: van 156 miljoen euro in 2015 naar 206 miljoen euro dit jaar.
Ondanks de stijgende populariteit bij gemeenten is de Haagse politiek weinig enthousiast. Op aandringen van de Tweede Kamer heeft minister Plasterk zelfs een wetsvoorstel ingediend om een deel van de precariobelasting af te schaffen. Het betreft de heffing die nutsbedrijven over leidingen in de grond betalen. Nutsbedrijven berekenen deze belasting namelijk direct door aan hun eindgebruikers. Het zijn dus uiteindelijk niet deze nutsbedrijven die betalen maar de burgers en ondernemers.
Dat is extra problematisch omdat de ene gemeente wel en de andere geen precariobelasting heft. Daardoor worden ook de burgers en ondernemingen in andere gemeenten binnen het verzorgingsgebied van het nutsbedrijf geconfronteerd met een hogere energie- of waterrekening, terwijl zij daar op geen enkele wijze – via hun gemeenteraad – invloed op kunnen uitoefenen.
Ondernemers en burgers betalen uiteindelijk de precariobelasting van de nutsbedrijven
De regering heeft lang geaarzeld, aangezien zij de afschaffing van de precariobelasting niet los ziet van de bredere discussie over het gemeentelijk belastinggebied. Het eenzijdig afschaffen heeft immers gevolgen: de kosten die gemeenten maken bij de aanleg van leidingen moeten wel ergens uit worden vergoed. Maar nu de herziening van het gemeentelijk belastinggebied voorlopig van de baan is, ligt dat volgens het kabinet anders.
Het afschaffen gaat wel geleidelijk: gemeenten krijgen de tijd om tot 2027 af te bouwen. Toch blijven er vragen. Bij de schriftelijke vragenronde wilde Manon Fokke namens de PvdA weten welke alternatieve inkomstenbronnen gemeenten hebben, hoeveel nutsbedrijven nu in totaal aan precariobelasting betalen en of de nutsbedrijven na afschaffing hun tarieven wel zullen gaan verlagen. Verder zijn er nog gemeenten die pas recent begonnen zijn met het heffen van precariobelasting en die daarom niet onder de overgangsregeling tot 2027 komen te vallen. Fokke wil weten waarom dit zo is en hoe dit doorwerkt in de begrotingen van die gemeenten. Hoewel de wet dus nog in de Kamer ligt, is extra waakzaamheid bij gemeenten geboden: de kans dat een gedeelte van de precariobelasting wordt afgeschaft, is maar al te reëel.
Afbeelding: Bert Spiertz | Hollandse Hoogte
Contactgegevens:
T: 070-3182792
E: [email protected]