Het voelt een beetje unheimisch de laatste tijd. Economisch gaat het (nog) voorspoedig, maar toch zijn het de zorgen die de kop opsteken. Er speelt van alles waar je je onrustig door kan voelen. Een Rijk dat de miljarden niet op krijgt, terwijl het water de lokale overheden aan de lippen staat. De kansenongelijkheid die onder kinderen schrikbarend toeneemt en arme Nederlanders die nog steeds minder lang leven dan anderen.
Crises in het onderwijs, het klimaat, de bouw en internationaal met het in de steek laten van de Koerden in Syrië. Noem maar op. En dan heb je natuurlijk nog de boeren. Het begrip dat er eerst was, lijkt nu als sneeuw voor de zon te verdwijnen. Voor een groot gedeelte hun eigen schuld. Met je tractor het verkeer blokkeren is al weinig sympathiek, je tractor als stormram voor de deur van het provinciehuis gebruiken is dat natuurlijk helemaal niet en zelfs strafbaar.
Net als het bedreigen van overheidsdienders dat is. Niet voor niets wil het kabinet bij wet vastleggen dat je hier in de toekomst geen taakstraf meer, maar alleen een gevangenisstraf voor kan krijgen. Gezien de toename van het aantal bedreigingen best begrijpelijk. Alleen het jammere is dat je bij de boeren het tegenovergestelde ziet: hun niet goed te keuren acties leiden tot resultaat. Geconfronteerd met de boze boeren voor de deur, schortten een aantal provincies hun eerder aangekondigde besluiten op.
Niet in het minst door de houding van de regering. In plaats van pal achter de best wel moedige (en noodzakelijke) besluiten van de provincies te gaan staan en zo een snelle oplossing voor de stikstofcrisis dichterbij te brengen, kregen de provincies een motie van wantrouwen aan hun broek. Want ja, dat boeren, die hun stikstofrechten willen verkopen, meer moeten inleveren om zo de bouwprojecten in de provincie door te laten gaan, is volgens de regeringspartijen inderdaad te streng.
Dan kan je denken: slappe knieën van de provincies. Misschien gedeeltelijk waar, maar de positie van de provinciebesturen tegenover de boze boeren is door deze reactie van het kabinet niet versterkt, integendeel. En dat terwijl het nog maar de vraag is of de voorstellen van het kabinet zelf wel ver genoeg gaan en de juridische toetssteen verdragen.
Zo zijn er meer dossiers die vragen om vergaande maatregelen. Vandaag, morgen en overmorgen. Om het klimaatakkoord uit te voeren zijn maatregelen nodig die altijd iemand, een groep of een bedrijfstak pijn zullen doen. Dat kan niet anders. Daarom moeten we ervoor zorgen dat die pijn eerlijk wordt verdeeld en niet op de schouders van de zwaksten terecht komt. Om dat te organiseren hebben we de democratische rechtsorde nodig, niet het recht van de sterkste. Of de grootste tractor.
Hoe anders is het deze week gegaan? Wie met een tractor het halve land platgooit en provinciale bestuurders en wetenschappers bedreigt, krijgt zijn zin. En wie met dappere en noodzakelijke maatregelen snel een oplossing voor een groot probleem zoekt, staat alleen. Wat er de komende maanden gaat gebeuren, weet niemand, maar duidelijk is dat de boerenprotesten de democratische rechtsorde geen goed hebben gedaan.
Intimidatie werkt.
Afbeelding: Ramon van Flymen | Hollandse Hoogte