Lokaal Bestuur
Stoffig imago of niet: deze kandidaten gaan het sociaal-democratische verschil maken in de provincie

De provincies en waterschappen hebben een nogal technisch en stoffig imago. Er zullen ongetwijfeld belangwekkende zaken besproken worden, maar voor de hectiek van de politiek moet je bij andere bestuurslagen zijn. Of is dit beeld inmiddels achterhaald? Vier kandidaten voor de Staten denken van wel.


Emma Peetsma, de nummer drie van de lijst in Overijssel, denkt dat je juist in de provincie sociaal-democratische politiek kan bedrijven. ‘Ik wil mij inzetten voor kansengelijkheid en de provincie gewoon een stukje mooier maken.’ In Overijssel dreigt het platteland steeds verder achterop te raken. ‘Er verdwijnen steeds meer voorzieningen. In het openbaar vervoer worden bijvoorbeeld buslijnen geschrapt. Zeker voor jongeren is dat een enorm groot probleem. Als provincie kan je daarin het verschil betekenen.’

Peetsma: Jongeren moeten ook gehoord worden in de provincie

Jongeren verdienen ook een stem in de provincie, benadrukt Peetsma. ‘Veel jongeren kunnen geen huis vinden en maken zich zorgen om het klimaat. Dat zijn allemaal dingen waar we in de provincie iets mee moeten. Door huisjesmelkers tegen te gaan bijvoorbeeld of regels op te stellen voor betaalbare nieuwbouwwoningen.’ Daarvoor zal het allemaal wel wat concreter moeten, denkt Peetsma. ‘Nu staat de provincie nog ver van de inwoners af, het is wat abstracter dan de gemeentepolitiek.’

Profilering per dossier

Helemaal nieuw in de provincie is Sandra Da Silva Pinto (nummer 4 in Groningen) niet. Ze is sinds maart Statenlid in Groningen. Dat de provincie een complex bestuursorgaan is heeft ze dus al gemerkt: ‘Op mijn werk vond ik een vergadering van twee uur al lang en nu vergader ik zonder problemen tien uur achter elkaar. Wie had dat gedacht?’

Desondanks is ze niet ontmoedigd. Integendeel, Da Silva Pinto heeft een duidelijke missie. ‘Ik wil graag het perspectief van inwoners, die minder vanzelfsprekend hun mond open trekken, in de Statenzaal laten horen. Daarbij vind ik ook dat er meer vrouwen in de politiek actief moeten worden, dus dan moet ik zelf natuurlijk wel het goede voorbeeld geven.’

Da Silva Pinto: We willen de zichtbaarheid van de provincie vergroten

Wat de zichtbaarheid betreft valt er nog een wereld te winnen, zegt Da Silva Pinto. ‘We hebben een publieke tribune, maar die heb ik nog niet vol gezien. Er is een tijdje terug wel een motie aangenomen om een expositie te maken over wat de Staten doen en waar het debat hierover gaat. Het idee is dat dit voor de aankomende verkiezingen te zien is.’

Aan de andere kant wil het Groningse Statenlid zich niet blindstaren op de beeldvorming. ‘Je krijgt natuurlijk ook een mandaat van de inwoners mee en wat betreft de discussie rond de gaswinning zijn we als provincie wel prominenter aanwezig.’ Zelf richt Da Silva Pinto zich op het stikstofdossier en is ze woordvoerder toerisme en recreatie. ‘Tegenwoordig noemen we dat vrijetijdseconomie. Ik was al heel snel onder de indruk van de bijdrage van de provincie hierin. Met weinig middelen zetten we onszelf toch op de kaart. Iedereen kent inmiddels de slogan: “Er gaat niets boven Groningen”.’

Expertise meenemen

De Amsterdamse Fatima Oulad Hadj is de trotse nummer drie op de Noord-Hollandse lijst. Haar eerste verkiesbare plek ziet ze als een mooie beloning. ‘Nadat ik allerlei dingen op de school van mijn kinderen mis zag gaan, werd ik politiek geactiveerd. Daarbij voelde ik me gehoord bij de PvdA.’ Als betrokken bewoner van Nieuw-West staat ze midden in de maatschappij: ‘Iedereen die met iets zit weet me te vinden. Ook via via. Dan zeggen ze: “Je moet bij Fatima zijn.”’

De kloof tussen het praktische en concrete handwerk in de buurt en de abstracte besluitvorming in de provincie lijkt misschien groot, maar Oulad Hadj ziet dat anders. ‘Toen de kandidaatstelling voor de Provinciale Staten voorbij kwam voelde ik me geroepen. Bij Vattenfall heb ik me veel beziggehouden met het energievraagstuk. Vanuit die expertise denk ik dat ik veel kan bijdragen.’

Oulad Hadj: Met de energiecrisis is het sociaal-democratische verhaal in de provincie extra relevant

Energie is bij uitstek een provinciaal thema en als het aan Oulad Hadj ligt ook een sociaal-democratisch onderwerp. ‘Vaak wordt gedacht dat de energiesector koud en vooral technisch van aard is. Tot voor kort was het misschien inderdaad een ver-van-mijn-bed-show. Juist nu er sprake is van een energiecrisis blijkt het tegendeel en wordt duidelijk wat het voor de mensen betekent.’

Oulad Hadj ziet electoraal dus kansen. ‘Dit is het moment om onszelf te profileren. Nu mensen letterlijk in de kou zitten, zijn de sociaal-democratische idealen extra relevant. Ik wil die PvdA-waarden dus echt in de strijd gooien. Met de gemeenteraadsverkiezingen hebben we in Amsterdam ook een heel goed resultaat neergezet, dus waarom zou dat nu niet weer kunnen?’

Tegelijkertijd beseft ze dat het niet makkelijk zal zijn om de aandacht te trekken. Al was het maar om de reputatie van de provincie. ‘In vergelijking met de landelijke en lokale politiek is de provincie niet meteen sexy. In mijn omgeving weet niemand iets van de Provinciale Staten, terwijl ze raadsleden wel snel vinden als er iets aan de hand is. Ik zie het echt als mijn taak om die betrokkenheid naar de provincie door te trekken. Tijdens de campagne, maar vooral ook daarna als Statenlid.’

Status aparte

Terschelling lijkt in weinig op Amsterdam Nieuw-West en toch bedrijven Oulad Hadj en Christa Oosterbaan op een vergelijkbare manier politiek. Betrokkenheid staat hoog in het vaandel. ‘Ik kan niet naar de supermarkt zonder dat iemand mij ergens over aanspreekt.’ Na elf jaar raadslidmaatschap en een kandidaat Kamerlidmaatschap is dat misschien ook niet zo gek. Toch stopte ze vorig jaar als raadslid. ‘De lol was er wel af. Ik kon van iedereen wel voorspellen wat ze zouden zeggen bij de raadsvergadering.’

De gedrevenheid om het sociaal-democratische verschil te maken bleef echter onverminderd sterk. Daarom doet Oosterbaan nu een gooi naar een zetel in de Friese Staten. Met haar tweede plek hoopt ze de Waddeneilanden onder de aandacht van het provinciebestuur te brengen. ‘Een status aparte is wellicht wat overdreven, maar veel beleidsmakers snappen niet wat het betekent om op een eiland te wonen.’

Oosterbaan: Beleidsmakers hebben vaak geen idee wat het betekent om op een Waddeneiland te wonen

Daarom wil Oosterbaan een Waddentoets ontwikkelen. ‘Met die toets kan je controleren of nieuw beleid wel aansluit bij de bijzondere situatie op de Waddeneilanden. Veel dingen worden heel leuk bedacht in Den Haag, maar passen niet in de realiteit in Fryslân en de eilanden.’ Als bestuurslaag kan de provincie daar veel in betekenen, denkt Oosterbaan. ‘De ambtenaren hebben veel inhoudelijke kennis en de lobby is veel krachtiger dan die van individuele gemeenten.’


Bijschrift afbeelding: Emma Peetsma voert campagne voor de gemeenteraadsverkiezingen

Afbeelding: Facebook Emma Peetsma